J
JACK, DE WILDE MUSTANG
(R. Vecchioni/B. Neijman)
Hij zit gevangen
Als een vogel in een kooi
Een sterk verlangen
Naar de geur van dampend hooi
Jack, “de wilde mustang”
Schoot die schoft recht voor zijn raap
Hij beleeft zijn vrijheid
Nog alleen maar in zijn slaap
Hij wordt gek van heimwee
Naar het verre onbekende
Want, “Jack, de mustang”
Is alleen nog een legende
Driftig schrikt ie wakker
Maar hij ligt tussen vier muren
Jack, “de wilde mustang” denkt:
Dit mag niet langer duren
Hij breekt door muren
Refrein:
Droom “wilde mustang”
Dromen is vrij zijn
Rij dus maar in galop
Vrij galopperen
Vrij fantaseren
Dat houdt je bovenop
Wapp’rende manen
Wind in je wilde haren
Wind in je haren
Vrij als de wilde paarden
Ooit zwierf ie jaren
Over land en over zee
En van overal
Nam hij herinneringen mee
Van Shanghai tot Rio
Tot de verre Maladiven
Overal een tattoo
Van ontelbare gelieven
JE HOEFT ME NIET TE ZEGGEN HOE IK LEVEN MOET
(G.F. Fanigiulo/R. Borghetti/D. Pace/Benny Neijman)
Je bent alleen maar koppig
Jij weet alles het beste
Je draagt soms gekke kleren
Wat zeg je vieze woorden
Het hoort niet wat je doet
Je moet wat beter leven
Je kunt van niemand houden
Jij kunt geen liefde geven
Wil jij me dan vertellen
Hoe ik me moet gedragen in het leven
Ik weet ik heb m’n fouten
Maar ook m’n goeie kanten
M’n eigen idealen
Al zijn ’t niet de jouwe
Vertrouwen in mezelf
Dat is nog net gebleven
Die tijd die is voorbij
Dat ik voor jou kon beven
Dus jij komt mij vertellen
Hoe ik me moet gedragen in het leven
Refrein:
Je hoeft me niet te zeggen hoe ik leven moet
Ik hoef toch niet te leven zoals jij dat doet
Ik kom niet aan het jouwe
Jij komt niet aan het mijne
Ik laat jou in je waarde
Laat je mij dan in de mijne
Je hoeft me niet te zeggen hoe ik leven moet
Voor mijn part loop ik buiten in m’n ondergoed
Of in m’n blote reet
Dat is mij om ’t even
Zolang ik maar gezond ben
En plezier heb in het leven
Instrumentaal
Jij bent de allerknapste
Jij weet het vaak het beste
Je draagt de fijnste kleren
Gebruikt de duurste woorden
En ik, ben enkel dom
Hoe kan ik nou iets weten
JE MAG OVERAL VAN HOUDEN
(A. Brass/B. Bergsma/B. Neijman)
Wat is zogenaamde trouw
Als je iemand niet kunt delen
Jij van mij en ik van jou
En zo denken er zo velen
En dan stoppen ze elkaar
In een grote glazen kooi
En ze houden van elkaar
Maar ze worden elkaars prooi
Refrein:
Je mag overal van houden
’n Hond, ’n kat of ’n konijn
Iedereen wil alles met je delen
Zolang ’t maar geen mensen zijn
Je mag overal naar kijken
’n Beeld, ’n bloem, ’n schilderij
Iedereen mag overal van houden
Zolang het maar
Zolang het maar geen mensen zijn
Wat is zogenaamde trouw
Dat je iemand wilt bezitten
En die is alleen van jou
Waar ook niemand aan mag zitten
Je bewaakt als een cipier
Jouw gevangene in bed
Waarin jij als ’n vampier
Jouw tanden hebt gezet
Refrein:
Je mag overal van houden
’n Hond, ’n kat of ’n konijn
Iedereen wil alles met je delen
Zolang ’t maar geen mensen zijn
Je mag overal naar kijken
’n Beeld, ’n bloem, ’n schilderij
Iedereen mag overal van houden
Zolang het maar
Zolang het maar geen mensen zijn
Instrumentaal
JE MOET NIET BANG ZIJN VOOR HET LEVEN
(N. Ignatiadis/D. Latropoulos/B. Neijman
We worden honderd jaar
Of honderdtien of tachtig
Het leven is wel prachtig
Maar hoe weinig wordt geleefd
We leven langs elkaar
En veel te oppervlakkig
En hebben aan ’t einde
Van ons leven niets geleerd
Je moet niet bang zijn voor ‘t leven Keesie
Je kunt de hele wereld aan
Je weet ’t leven duurt maar even Annie
Dan is ’t met de pret gedaan
Je kunt ’t toch gewoon proberen Sjakie
Ga d’r een keertje tegenaan
Je moet er nu van profiteren Ellie
Dus geef wat zin aan je bestaan
We leven in ’n tijd
Van jagen en van jachten
We hebben duizend klachten
Want van jagen word je ziek
Er is maar weinig tijd
Dus leef nu kort maar krachtig
Bekijk ’t leven lachend
En geniet van de muziek
Je moet niet bang zijn voor ‘t leven Jopie
Je kunt de hele wereld aan
Je weet ’t leven duurt maar even Corrie
Dan is ’t met de pret gedaan
Je kunt ’t toch gewoon proberen Henkie
Ga d’r een keertje tegenaan
Je moet er nu van profiteren Jannie
Dus geef wat zin aan je bestaan
Je moet niet bang zijn voor ‘t leven Truusie
Je kunt de hele wereld aan
Je weet ’t leven duurt maar even Arie
Dan is ’t met de pret gedaan
JE WEET NIET WAT ER IN DE STERREN STAAT
(K. Peuzeus/J. Drews/B. Neijman)
Ik werd een vreemde in jouw land
Ik kon er niet bij met mijn verstand
Jouw heilig vuur verflauwde
Kon je niet tegenhouden
‘k Stond er maar en ik keek ernaar
Al wat ik kon heb ik gedaan
Jij wilde weg, ik liet je gaan
Verloor m’n zelfvertrouwen
Kon je niet tegenhouden
Dom van mij, want weg was jij
Refrein:
Je weet niet wat er in de sterren staat
De waarheid staat geschreven in de tijd
Verliefdheid gaat voorbij
Geloof dat maar van mij
Het kan de beste overkomen
Ben je tot jezelf gekomen
Kom dan maar terug bij mij
Jij bent allang jezelf niet meer
Ik weet waarom en dat doet zeer
We kunnen niet meer praten
Jij bent in alle staten
Wrang en wreed, maar ach wie weet
Refrein:
Je weet niet wat er in de sterren staat
De waarheid staat geschreven in de tijd
Verliefdheid gaat voorbij
Geloof dat maar van mij
Het kan de beste overkomen
Ben je tot jezelf gekomen
Kom dan maar terug bij mij
La, la, la…
Verliefdheid gaat voorbij
Geloof dat maar van mij
Het kan de beste overkomen
Ben je tot jezelf gekomen
Kom dan maar terug bij mij
Het kan de beste overkomen
Ben je tot jezelf gekomen
Kom dan maar terug bij mij
JEF
(J. Brel/B. Neijman)
Nee Jef, je bent niet ziek
Dus wat heeft het voor zin om zomaar à publiek
Een potje zitten te janken
Omdat die hele kliek je zomaar vallen liet
Nee Jef, je bent niet ziek
Je maakt je stapelgek
Je beeldt het je maar in en je lult maar uit je nek
En God weet al hoe lang
Maak jij jezelf al bang
Nee Jef, je bent niet ziek
Dat verbeeld je je maar
Sta op en kom uit bed
Je weet, verdomd het is niet waar
Sta op, ga mee Jef, ga mee
Ga mee, dan gaan we naar de kroeg
Ik wil nu geen ge-maar
We zijn jongens onder elkaar Jef
Ga mee desnoods tot morgenvroeg
En krijg je niet genoeg
Dan huur ik een brancard
Dan vreten we ons vol met kippen en met friet
Met friet en fricandel en drinken liters bier en wijn
En ben je dan nog triest, ik weet een klein bordeel
Daar vrij je je maar scheel
Daar hoef je niet alleen te zijn
We gaan samen door ’t lint
We verzuipen in de nacht en de whiskey houdt ons jong Jef
De whiskey maakt ons dronken en minder bang
Nee Jef, je bent niet ziek
Dus stop met je gezaag en stop met je gezeur
Je leeft toch nog zo graag, sta op daar is de deur
Ga met me mee
Nee Jef, je bent niet ziek
Het is maar een idee, je hangt nog te veel aan het leven
Je hebt dat waanidee
Dat maalt maar door je hoofd
Dat je het van iemand hebt gekregen
Nee Jef, je bent niet ziek
Haal een kam door je haar
Want we hebben in ieder geval nog elkaar
Dus sta op en ga met me mee Jef, kom op
Ga mee, het leven is een feest
We dansen door de nacht als motten op een vlam
Jef ga mee dan zuipen we ons lam
Totdat je weer eens lacht, totdat je niet meer kan
Wat bomen in het park met vrolijke muziek
Je schatert en je danst
En je wordt misschien verliefd Jef
Wie weet en ben je dan nog triest
Ik weet nog dat bordeel
Daar vrij je je maar scheel
Daar hoef je nooit meer alleen te zijn
We gaan samen door ’t lint
We verzuipen in de nacht
En je wordt weer mooi Jef
Je wordt weer net als toen
Je weet tenslotte nooit
JEUGDSENTIMENT
(J. Heider/Heilburg/Benny Neijman
Bij opa stond op zolder
Een ouwerwets fornuis
Dat staat nu prachtig
Te blinken bij ons thuis
Z’n kleren kun je kopen
In ’t boetiekje op de hoek
Geen rits maar echte knopen
Als sluiting aan z’n broek
Refrein:
Kom doe mee aan ’t jeugdsentiment
Dans de Bebop of Blackbottom bij ’n band
Plooie-rok, pijpekrul, permanent
Al die spullen van weleer
Zie je morgen meer en meer
Kom doe ook mee aan die sentimentaltrend
De oudjes van de kino
La Gabro of May West
Rudolf Valentino
Ze doen het plots weer best
Misschien gingen de jaren
Voor ons wel iets te vlug
Dus gaan we met z’n allen
Gewoon ’n stapje terug
Refrein:
Kom doe mee aan ’t jeugdsentiment
Dans de Bebop of Blackbottom bij ’n band
Plooie-rok, pijpekrul, permanent
Al die spullen van weleer
Zie je morgen meer en meer
Kom doe ook mee aan die sentimentaltrend
En ken je nog de kleppers
Misschien de hoela-hoep
Of touwtje springen op de stoep
Refrein:
Kom doe mee aan ’t jeugdsentiment
Dans de Bebop of Blackbottom bij ’n band
Plooie-rok, pijpekrul, permanent
Al die spullen van weleer
Zie je morgen meer en meer
Kom doe ook mee aan die sentimentaltrend
Refrein: 2x
JIJ BENT MIJN GROOTSTE LEUGEN
(N. Judd/M. Reid/B. Neijman)
Je doet alsof ik stekeblind ben
Je weet nergens van
Je gaat en gaat maar door
Je bedriegt wat je kan
Maar ik doorzie jouw alibi
Ik ben verdomd niet blind
Want ik heb je door
En ‘k geloof geen woord
Van alles wat je zegt en verzint
Jij bent mijn grootste leugen
Je draait alles altijd krom
Ik die geloven wou
Dat ik jou vertrouwen kon
Want al jouw mooie woorden
Hebben mij al goud beloofd
Jij bent m’n grootste leugen
Ik heb je altijd graag geloofd
Zit je niet zo uit te sloven
Je praat me weer wat aan
Je gaat jezelf beloven
En ik laat je maar begaan
’k Vertrouw jou al heel lang niet meer
Omdat ik jouw verleden ken
Maar wat jij vergeet
Is dat ik het weet
‘k Weet al heel lang wie jij bent
Jij bent mijn grootste leugen
Je draait alles altijd krom
Ik die geloven wou
Dat ik jou vertrouwen kon
Want al jouw mooie woorden
Die heb ik altijd graag geloofd
Jij bent m’n grootste leugen
Die heb ik altijd graag geloofd
JIJ EN IK
(N. Ignatiadis/D. Latropoulos/B. Neijman
Als jij en ik
Als wij twee mensen zijn die echt van elkaar houden
Als jij en ik
Als wij bereid zijn om elkaar echt te vertrouwen
Als jij en ik
Als wij niet bang zijn om elkaar te leren kennen
Als jij en ik
Als wij dan voor elkaar bestemd zijn jij en ik
Dan zullen ik – jij en ik – ik en jij
Wij en allebei – samen – tenzij
Dat jij en ik – ik en jij – allebei
Niet van elkaar houden
Zodat of wij – jij of ik – ik of jij
Samen allebei vreemd gaan of ik
Maar jij en ik, hou van jou
Jij van mij dus dat zit wel goed
Als jij en ik
Als wij proberen van ’t leven iets te maken
Als jij en ik
Als wij beloven om elkaar te vervolmaken
Als jij en ik
Als we de kansen zullen nemen die we krijgen
Als jij en ik
Als we ’t dan toch ‘ns gaan proberen jij en ik
Dan zullen ik – jij en ik – ik en jij
Wij en allebei – samen – tenzij
Dat jij en ik – ik en jij – allebei
Niet van elkaar houden
Zodat of wij – jij of ik – ik of jij
Samen allebei vreemd gaan of ik
Maar jij en ik, hou van jou
Jij van mij dus dat zit wel goed
JIJ MAAKT ’T BEEST IN ME LOS
(S. Waggershausen/B. Neijman)
Ik dacht dat ik wist wie ik was
Dat ik mezelf door en door ken
Maar dat ik twijfel komt door jou
Zeg me weet jij wie ik ben
Ik was altijd aardig en net
Teder en altijd ’n heer
Maar sinds ik jou ken
Verander ik
En ken ik mezelf niet meer
Refrein:
Want jij maakt ’t beest in me los
Zoiets heb ik zelden of nooit meegemaakt
En als de tijger in mij is ontwaakt
Dan wek je ‘m voorgoed uit z’n slaap
Lai lai lai lai lai lala ….
Ik ben bijna bang voor mezelf
Jij hebt me van binnen geraakt
Ik sta absoluut voor mezelf niet in
Maar jij hebt mij zelf zo gemaakt
Want jij maakt ’t beest in me los
Zoiets heb ik zelden of nooit meegemaakt
En als de tijger in mij is ontwaakt
Dan wek je ‘m voorgoed uit z’n slaap
Lai lai lai lai lai lala ….
Want jij maakt ’t beest in me los
Zoiets heb ik zelden of nooit meegemaakt
En als de tijger in mij is ontwaakt
Dan wek je ‘m voorgoed uit z’n slaap
JIJ WAS
(Stefan Sulke/Benny Neijman
Jij was ’t mooiste van mijn leven
Je hebt genomen nooit gegeven
Wat was ik toen van jou bezeten
En toen je zomaar d’r vandoor ging
Was ik ’t die achter je aan ging
Ik kon je zomaar niet vergeten
En nu kom jij terug bij mij
Refrein:
Als alle ouwe open wonden
Na alle pijn genezen zijn
Haal jij ze allemaal weer open
Hoewel ze al vergeten zijn
Als alle ouwe open wonden
Na alle pijn genezen zijn
Haal jij ze allemaal weer open
Hoewel ze al vergeten zijn
Jij was, hoe moet ik dat nu zeggen
Jij was, de beste van de slechtste
O God, wat kon ik van je houden
Mijn God, wat kon ik jou soms haten
Ik was door jou in alle staten
Want jij was niet zo te vertrouwen
En nu kom jij weer terug bij mij
Refrein
Jij was, jij had die blauwe ogen
Je hebt me al die tijd bedrogen
Je had een lijf dat vol van vuur was
Je deed me pijn zonder erbarmen
Toch was ’t heerlijk in je armen
Je lijf was zoet terwijl ’t duur was
En nu kom jij terug naar bij
Refrein
JIJ ZULT NOOIT MEER NAAST ME LOPEN
(Grame Allwright/S. Razafindrakoto/J.L. Motel/B. Neijman)
Mmmmmmmmmmmmmmm
In de stad zijn de straten uitgestorven
Waar ik met jou heb rondgezworven
Ruikt de regen zelfs bedorven
‘k Zet m’n kraag maar weer omhoog
Want dat houdt me warm en droog
Jij zult nooit meer naast me lopen
In ’t portiek waar jij thuis was in mijn armen
Lijkt mijn lichaam te verstarren
Schuilen kan me niet verwarmen
Misschien dat ik eraan wen
Moedig mens dat ik niet ben
Jij zult nooit meer naast me lopen
Op den duur zal ’t vanzelf wel weer veranderen
En verkleum ik tot m’n tanden
Maar ’t zweet staat in m’n handen
Hier op straat zie je geen hond
Loop ik wat verloren rond
Jij zult nooit meer naast me lopen
Mijn postuur spiegelt in een etalage
Maar dat vreemde personage
Kijkt me aan met duizend vragen
‘k Wou dat ik ’t antwoord wist
Maar hier naast me in de mist
Zul jij nooit meer naast me lopen
En bij ’n school spelen opgeschoten kinderen
Hun gelach kan niet verhinderen
Dat ik ’t hier niet meer kan vinden
’t Heeft de sfeer niet zonder jou
In die stad waar ik van hou
Zul jij nooit meer naast me lopen
In de stad zijn de straten uitgestorven
Waar ik met jou heb rondgezworven
Ruikt de regen zelfs bedorven
‘k Zet m’n kraag maar weer omhoog
Want dat houdt me warm en droog
Jij zult nooit meer naast me lopen
Mmmmmmmmmmmmmmm
JOHAN
(Stefan Sulke/Benny Neijman
Wat nu mijn goeie ouwe Johan
Wat hebben ze met jou gedaan
Daar lig je nu onder de aarde
Terwijl zij in ’t leven staan
We waren hele goeie vrienden
Hebben de grootste lol gemaakt
En toen ik bij je kwam en griende
Heb jij een kamer vrijgemaakt
Zij die de waarheid weten
Zien de wormen aan je vreten
Ze hopen dat je in de hel zult zweten
Als er een God of iets bestaat
Houdt Hij je zeker in de hemel
En zuivert jou van alle kwaad
Wat nu mijn goeie ouwe Johan
Wat hebben ze met jou gedaan
Daar lig je nu onder de aarde
En is de tijd voorbij gegaan
Jij kon genieten van ’t leven
Je dronk de allerbeste wijn
En wat ze ook over je schreven
Dat is alleen maar vals venijn
Zij die de waarheid weten
Zien de wormen aan je vreten
Ze hopen dat je in de hel zult zweten
Als er een God of iets bestaat
Dan ben je zeker in de hemel
En drinkt een glas op alle kwaad
Wat nu mijn goeie ouwe Johan
Wat hebben ze met jou gedaan
Daar lig je nu onder de aarde
Toch is ’t leven doorgegaan
Er is hier o zoveel veranderd
Dat jij vergeten bent dat blijkt
Maar in m’n hart lig jij verankerd
Want allen samen waren we rijk
JOHNNY
(J. von Schenckendorff/Benny Neijman)
’n Blauwe jeans, ’n motorjack
Z’n zwarte haar in z’n gezicht
Zo slentert hij door Amsterdam
Gevangen in ’t neonlicht
Z’n vrienden jagen achter rokken
Maar daar vindt hij niet veel aan
Refrein:
Stoere, bange Johnny wees ’n echte vent
Leef je eigen leven, blijf toch wie je bent
Laat de rest maar praten
Volg alleen de weg van je hart
Lieve, stoere Johnny zing je eigen lied
Jij hebt recht op liefde zonder kun je niet
Droom maar in z’n armen
Spelend met ’n knoop van z’n hemd
Alleen van hem
Hij loopt zo stoer, zo sterk te zijn
Een overdreven soort James Dean
En nooit durft hij zichzelf te zijn
Of niemand mag ’t aan ‘m zien
Maar diep van binnen weet hij zeker
Dat hij zo niet door kan gaan
Refrein:
Stoere, bange Johnny wees ’n echte vent
Leef je eigen leven, blijf toch wie je bent
Laat de rest maar praten
Volg alleen de weg van je hart
Lieve, stoere Johnny zing je eigen lied
Jij hebt recht op liefde zonder kun je niet
Droom maar in z’n armen
Spelend met ’n knoop van z’n hemd
Alleen van hem
JONG, BLIEF TOCH GEWOEN
(J. Cregan/R. Kunkel/B. Neijman)
Al jaren ben ik gestaag vader’s raad ontgroeid
Vond ik steeds beter mijn eigen weg
Met mijn verleden was ik vergroeid
Maar kwam in ’t leven nog goed terecht
Wat mij altijd is bijgebleven
Is de raad van mijn pa
Als een echo van mijn geweten
Riep hij mij toen ik wegging nog na
Refrein:
Jong, blief tich gewoen
Al hubs te veul verdeent
En bis te mie es ich geweent
De bis en blijfs me keend
Jong blief toch gewoen
Jus wie iech altied deeg
Al gings te d’nen eige weeg
D’n weeg stond in Mestreech
Jong, blief toch gewoen
Jong, blief toch gewoen
Jaren draag ik die woorden al met me mee
Hoor in m’n hoofd zijn bezorgde stem
En ben ik thuis, ben ik op tournee
Denk ik nog vaak aan die raad van hem
En al leef ik mijn eigen leven
Alle woorden van pa
Die mij altijd zijn bijgebleven
Klinken vaak als ’n echo nog na
Refrein
JOUW OGEN
(Sebastiani/B. Neijman)
Laat mij ‘ns in je ogen kijken
Waar kan ik ze mee vergelijken
Het zijn twee kijkers
Waar eenieder zomaar doodgewoon voor zal bezwijken
Je laat de hemel in ze blinken
Je kan er bijna in verzinken
Ze zijn nog blauwer dan de zee
Je kan haast zomaar in hun gloed verdrinken
Ze stralen feller dan de helderste
Van alle andere sterren
Een diepe blik toont je een kijk
In het oneindig universum
Ze verblinden als de zon schijnt
Ze verslinden als de maan schijnt
En ze spreken woorden
Als ik diep in je ogen kijk
Dan verdwijnt alle narigheid
Ik vergeet alle kou
En verdrink in ’t blauw
Ze stralen zoveel blind vertrouwen
Dat je d’r wel van moet gaan houden
Ze zitten boordevol van liefde
Je kunt er je geluk op bouwen
Ze kunnen krenken en verwonden
Je kunt ze bijna niet doorgronden
Maar met een blik ben je voor je ’t weet
Verslagen en totaal verslonden
Ze stralen feller dan de helderste
Van alle andere sterren
Een diepe blik gunt je een kijk
In het oneindig universum
Ze verblinden als de zon schijnt
Ze verslinden als de maan schijnt
En ze spreken woorden
Als ik diep in je ogen kijk
Dan verdwijnt alle narigheid
Ik vergeet alle kou
En verdrink in ’t blauw
Het zijn twee ogen als magneten
Hoe kan een mens ze ooit vergeten
Ze zijn het voer van alle zangers
Schrijvers, schilders, dromers en poëten
Ze zijn de mooiste die ik kende
Waar ik tot nu toe nooit aan wende
En ook na honderd jaar zullen ze nog
Verworden tot een prachtige legende
Ze stralen feller dan de helderste
Van alle andere sterren
Een diepe blik gunt je een kijk
In het oneindig universum
Ze verblinden als de zon schijnt
Ze verslinden als de maan schijnt
En ze spreken woorden
Als ik diep in je ogen kijk
Dan verdwijnt alle narigheid
Ik vergeet alle kou
En verdrink in ’t blauw
Ik vergeet alle kou
En verdrink in ’t blauw
Publ.: Ed. Mus. / Gabric Srt.
JOUW VERHALEN
(F. Degregroi/B. Neijman)
Jouw verhalen ik wil ze niet meer horen
Die mooie praatjes die ik moest geloven
Je warme charme was een rol die je speelde
Een groot acteur die z’n publiek wel bespeelde
En ik ging op in jouw verliefde theater
Maar toen het doek viel kwam voor mij pas de kater
En jouw komedie werd voor mij toen een drama
Maar laat maar zo
Jouw verhalen ‘t waren mooie woorden
Uit een roman die in de vuilnisbak hoorde
Maar uit jouw mond klonk ’t als een rede van Reve
Toch heb je nooit als Gerard Reve geschreven
En ik ging op in jouw verzonnen verhalen
Ik las dat boek van jou wel tientallen malen
Het laatste hoofdstuk had – hoe kan ’t ook anders – een happy end
Jouw verhalen ik wil ze niet meer horen
Die mooie praatjes die ik moest geloven
Het was een klucht in 4 of 5 bedrijven
En m’n plezier was met geen pen te beschrijven
Ik huilde tranen van ’t vele lachen
Want bij een klucht zit iedereen te lachen
Maar dikke tranen rolden over m’n wangen van verdriet
Jouw verhalen ik wil ze nooit meer horen
Toch kan geen proza mij zoveel bekoren
In alle boeken blijf ik middenin steken
En elke film heb ik vooraf al bekeken
Want ik ging op in jouw sublieme theater
Zoals een kind dat al die jaren
Toen het klein was geloofd heeft in Sinterklaas
K
‘K ZAL JE HEB
(M. Jourdan/S. Levi/D. Iatrópoulos/Benny Neijman)
Waar ik weg van ben, ben jij
Maar jij niet bepaald van mij
Dat gebeurt misschien nog wel ‘ns ooit
Ik heb van alles geprobeerd
Blijkbaar deed ik ’t verkeerd
Maar op die manier lukt ’t me nooit
Refrein:
Soms doe je af en toe mee aan m’n spel
Wacht jij maar af en hoe ‘k krijg je nog wel
‘k Zal, ‘k zal je heb, ‘k zal je krijg
Al duurt ’t meer dan 40 jaar
‘k Sta wel in de rij en wacht tot jij
Je nee verandert in ’n ja
Je geniet van al je sjans
Maar je geeft me nooit de kans
Om te tonen wat ik voor je voel
Ik heb van alles al gedaan
Maar je ziet me nooit niet staan
Waarom doe je toch zo kil, zo koel
Refrein:
Soms doe je af en toe mee aan m’n spel
Wacht jij maar af en hoe ‘k krijg je nog wel
‘k Zal, ‘k zal je heb, ‘k zal je krijg
Al duurt ’t meer dan 40 jaar
‘k Sta wel in de rij en wacht tot jij
Je nee verandert in ’n ja
‘k Zal, ‘k zal je heb, ‘k zal je krijg
Al duurt ’t wachten 80 jaar
‘k Sta wel in de rij en wacht tot jij
Je nee verandert in ’n ja
KATER
(Vearncombe/B. Neijman)
Ik heb vandaag spijkers in m’n hoofd
Ik voel me gebroken ik ben half verdoofd
En ik smeer een snee volkoren brood
Zet een kop slappe thee
En duw m’n kop in de krant
Het meeste nieuws dat gaat langs me heen
Kom er nooit meer overheen
Ik heb niet eens een
Soort van schuldgevoel
Maar ik voel geen pijn
Ik heb geen gevoel
Ik heb geen gevoel
Geen gevoel
Ik neem een hap van het volkorenbrood
Schenk de melk in de botervloot
Als je mij hier zo bezig zag
Maar wat wil je dan
Na zo’n losbandige nacht
We vierden feest met liters wijn
Ik nam een blowtje voor de gein
En toen kreeg ik zo’n raar gevoel
Nee het was niet fijn
’t Was geen lekker gevoel
Ik had geen gevoel
Geen gevoel
Geen gevoel
Geen gevoel
Ik heb vandaag spijkers in m’n hoofd
Ik voel me gebroken ik ben half verdoofd
Ik smeer weer een snee volkorenbrood
Zet een kop slappe thee
En duw m’n kop in de krant
Met m’n kop in de krant
Geen gevoel
KERSTDAGEN VAN TOEN
(R.F. Jacobi/B. Neijman)
Met kerst versierden wij een boom
Dat klinkt misschien wel wat gewoon
Als kind vond ik die kerstboom al
’t Mooiste wat er was
Maar dat begreep ik later pas
De piek – de slingers en de stal
Bekeek mezelf in een bal
En kwam ik na de nachtmis
Weer verkleumd en slaperig thuis
Dan was ’t heerlijk warm in huis
Ik denk nog vaak met heimwee
Aan die kerstdagen van toen
De kleuren van de kerstboom
En de geur van de kalkoen
’t Smullen van het kerstdiner
De bellen van een arreslee
Met Kerstmis is het nooit meer zoals toen
Ik zie me nog steeds staren
Naar die beeldjes in de stal
En ’s avonds naar de sterren
In de hemel, ’t heelal
’t Zingen zacht van “Stille Nacht”
Ik heb toch vroeger nooit gedacht
Dat kerstfeest dat gewoon was toen
Dat kun je later nooit meer overdoen
Met kerst versier ik nu een boom
Al is ie lang niet meer zo mooi
Ik wil hem steeds bekijken
Met de ogen van dat kind
Maar zoek iets dat ik nooit meer vind
De piek – de slingers en de stal
’t Zegt me eigenlijk geen bal
En kom ik na de nachtmis
Weer verkleumd en slaperig thuis
Dan is ’t ijzig koud in huis
KIND VAN DE WIND
(B. Andersson / B. Ulvaeus/ B. Neijman)
Waar is jouw vuur zigeuner
Waar is dat laaiend vuur
Diep in je hart broeit de vrijheid
Die warme gloed smeult in je bloed
Volg je natuur
Jij bent niet vrij zigeuner
Oh nee, je leeft niet
Maar vergeet niet
Jij met je ziel van een gipsy
Achter die muur lokt avontuur
Jij bent een kind van de wind
Waar is jouw vuur zigeuner
Waar is dat laaiend vuur
Smoorde dit land van de vrijheid
Vrijwel voorgoed die warme gloed
Van jouw cultuur
’t Zit in je aard zigeuner
Knaagt je geweten
Nooit vergeten
Zoon van een volk der poëten
Zadel je paard
Neem huis en haard
Jij bent een kind van de wind
Waar is jouw vuur zigeuner
Waar is dat laaiend vuur
In dit gevang van gastvrijheid
Tintelt je bloed
Kent je gemoed noch rust noch duur
’t Zit in je ziel zigeuner
Ooit zul je vrij zijn, vogelvrij zijn
Eens zal de wereld van jou zijn
En op den duur vonkt er weer vuur
Jij bent een kind van de wind
Ooit zul je vrij zijn
Vrij om te gaan, vrij om te staan
Jij blijft een kind van de wind
KOEKJE VAN EIGEN DEEG
(Howard/Kostas/B. Neijman)
Jij moet nog ’n paar dingen van me leren liefje
Ik pik van jou niks meer en dat krijg je op ’n briefje
We zijn nu uitgepraat en als je weer eens gaat
Dat komt dan door je hondsbrutale, abnormale,
Domme en kolossale, asociale grote mond
Al wat ik met je had heeft niet lang stand gehouden
Je noemde me wel schat maar was niet te vertrouwen
Je hebt het goed verpest je bent net als de rest
Dat komt weer door die hondsbrutale, abnormale
Domme en kolossale, asociale grote mond
Dus ga jij maar de wandel oh yeah
Met de hele handel oh yeah (koor)
Zoek maar fijn ’n ander oh yeah
Jij krijgt ‘n keertje heus
De deksel op je neus
Jij zult van eigen deeg nog eens een koekje krijgen
Dan wil ik wel eens stiekem om ‘t hoekje kijken
Je graaft je eigen graf en ik ben van je af
Dat komt dus door die hondsbrutale, abnormale
Domme en kolossale, asociale grote mond
Instrumentaal
Dus ga jij maar de wandel oh yeah
Met de hele handel oh yeah (koor)
Zoek maar fijn ’n ander oh yeah
Jij krijgt ‘n keertje heus
De deksel op je neus
Je zult van eigen deeg nog ‘ns een koekje krijgen
Koekje krijgen (koor)
Dan wil ik wel ‘ns stiekem om ‘t hoekje kijken
Hoekje kijken (koor)
Je graaft je eigen graf en ik ben van je af
Dat komt dus door die hondsbrutale, abnormale
Domme en kolossale, asociale grote mond
Nou dat komt dan door je hondsbrutale, abnormale
Domme en kolossale, asociale grote mond
KOP OP LOUIS
(C.. Lemesle /R. Dassin/J. Dassin/B. Neijman
Louis kijkt altijd zuur
En zuur dat werd ie op den duur
Omdat zijn vrouw met haute-couture
En haar coiffure te duur is
En de hoge huur,
Te duur, te duur
Hij ’s overstuur
Loopt met z’n hoofd tegen de muur
En het is ook nooit goed
Want nou wil ze weer een stro hoed
Maar Louis is bijna bankroet
Als hij weigert zegt ze: gegroet
Dus hij moet, hij moet, hij moet
Dus geeft ie haar een joet
Oh, kop op, Louis, hou je taai
Oh, kop op, Louis, hou je taai
Want het is een haaie-baai
Maar hoe kom je aan het geld
Je gebruikt toch geen geweld
Want door te stelen, raak je bekneld
Denk nou eerst na voor je wat doet
Is ie het wel waard, die strooie hoed
Door haar bevelen wordt ie geveld
En ook beroof je dan een bank
Wat je krijgt is stank voor dank
En de Koepel in Breda
Kop op Louis, denk nou eens na…
Hij kan er niet van slapen
Geld ligt niet om op te rapen
En een bankbediende kapen
Ferme jongens, stoere knapen
Is een stunt, een punt, een stunt
Maar hij ziet munt
En heeft het op de man gemunt
Oh, kop op Louis, denk nou na
Oh, kop op Louis, denk nou na
Denk nou niet meteen ik ga
KRATERS OP DE MAAN
(N. Ignatiadis/B. Neijman)
Als de maan in het laatste kwartier staat
De sterrenhemel helder is
Jouw plaats in bed nog leger is
Als er weer een nieuwe nacht voorbij gaat
Als de klok het vierde uur slaat
En ik terwijl de tijd verstrijkt
Naar buiten naar de hemel kijk
Dan lijkt het of de maan haast stilstaat
Zie jij hetzelfde
Dezelfde sterren
Zie jij dezelfde heldere kraters op de maan
Ik zie hetzelfde
Maar in hoeverre
Mis jij mij net zoveel
Als ik dat heb gedaan
Als de maan in het laatste kwartier staat
De lucht van heimwee zwanger is
De nacht als een gevangenis
Dan is de grote beer jouw leidraad
Als de eenzaamheid weer toeslaat
Verlangen op z’n hevigst is
En tranen in de duisternis
Dan lijkt het of de aarde stilstaat
Zie jij hetzelfde
Dezelfde sterren
Zie jij dezelfde heldere kraters op de maan
Ik zie hetzelfde
Maar in hoeverre
Mis jij mij net zoveel
Als ik dat heb gedaan
Instrumentaal
Zie jij hetzelfde
Dezelfde sterren
Zie jij dezelfde heldere kraters op de maan