T
’T DOEL VAN ‘T LEVEN
(P. Natte/B. Neijman/F. Florisse)
Vreemd zijn de wegen
Die wij moeten gaan
Soms langs diepe ravijnen
Door donkere lanen
Vol kuilen en keien
We vallen en glijen
Om daarna weer strompelend
Verder te gaan
Hoog zijn de bergen
Die wij steeds beklimmen
We jagen vergeefs
Op illusies, op schimmen
Naar toppen, in dalen
We winnen, we falen
We reiken naar cosmos
Naar niets op den duur
Refrein:
’t Doel van ’t leven
Blijft steeds een mysterie
’t Is niet te doorgronden
Je komt elke keer weer die
Zinloosheid tegen
Want vreemd zijn God’s wegen
Ze leiden ons verder
Geen mens weet waarheen
Groot blijft het wonder
Het eeuwige zwijgen
En nooit zal de mens
Er ’n antwoord op krijgen
Op vragen, wie God is
Waarom dit ons lot is
Maar vragen is waanzin
En spelen met vuur
Refrein
Instrumentaal
Refrein
’T HEIMWEE NUMSTE MÈT
(H. Knip/B. Neijman)
©Papgayo Musikverlage Hans Gerig
Zien ’t die loewende klokke,
Dieste bèijere huurs?
Zien ’t de vakwerkhuiskes
Dieste heij en dao zuus
Zien ’t de krónk’lende peedsjes?
Is ’t m’n êige taol?
Of die Limburgse leuke leedsjes?
Ach, de wéts: ’t is ’t allemaol.
Want ’t heimwee numste mèt.
Woeste heim waors, vergitste neet.
Dao bestêit nog gein pel veur,
Gein heilzaam medicijn.
En mien hart dêit miech pijjn,
Vaan ’t heimwee nao Limburg allein.
Zien ’t die glooiende heuvels?
Is ’t de kleur vaan de kleij?
Of vaan ’t zand, de asperges,
Of vaan de Mookerheij?
Mis iech de smaak van ’t Êelske?
Of die rieke kanseltaol?
Of ’n keers in e klein kapelke?
Ach, de wéts: iech mis ’t allemaol
’T IS ALTIJD WAT
(Lang/Bachelet/B. Neijman)
Ik word zo langzaamaan doodziek
Van die eeuwige kritiek
Zo van: kijk hem, wat heeft ie aan
’t Zou z’n zuster beter staan
Als jij zwart zegt is ’t wit
Vind jij iets goed vinden ze ’t shit
En wat waar is is niet waar
Ze hebben altijd commentaar
’t Is altijd wat
’t Is altijd wat
Zeg jij A, dan is ’t B hé, hé, hé, hé (koor)
Zeg je ja, zeggen zij nee nee, nee, nee, nee
Ben je bi, dan ben je bah bah, bah, bah, bah, bah
Zeg je hi, zeggen ze hah hah, hah, hah, hah, hah
Als iets smal is is ’t breed
Maar het roest me aan m’n reet
Want ze vinden altijd wat
Ik heb m’n portie wel gehad
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat (koor)
Ben je te aardig, ben je ’n zak hah, hah, hah, hah
En zeg je niks heb je kouwe kak hah, hah, hah, hah (koor)
En als je lacht is ’t weer niet leuk neu, neu, neu, neu
Maar als je huilt liggen ze in ’n deuk
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat (koor)
Als je links bent zijn zij rechts hé, hé, hé, hé
En wat rechts is is averecht hé, hé, hé, hé (koor)
Zeg jij zus, dan is het zo o, o, o, o
Ben je anti, dan zijn zij pro o, o, o, o
Ach ze vinden altijd iets
Want het is alles of ’t is niets
Krijg toch ’t rambam allemaal
Horizontaal of vertikaal
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat (koor)
Altijd doe je ’t verkeerd O jee, jee, jee
’t Is nooit goed, hoe je ’t wendt of keert O nee, nee, nee (koor)
Is het ying, dan is het yang hah, hah, hah, hah
Dus ik ga gewoon m’n gang
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat (koor)
Ik ben ’t zat, zat, zat
Ontzettend zat
Ik ben ’t zat, zat, zat
Ontzettend zat (koor)
Ik lust wel wat, wat, wat
’n Hele krat
Ik lust wel wat, wat, wat
’n Hele krat (koor)
En daarna plat, plat, plat
Gewoonweg plat
En daarna plat, plat, plat
Gewoonweg plat (koor)
‘k Heb ’t gehad, had, had
Echt wel gehad
‘k Heb ’t gehad, had, had
Echt wel gehad (koor)
‘T PROCES
(J. Vallee/B. Neijman)
Gesproken tekst:
De mensen staan op en ieder gesprek verstomd
Als ’t Hoge Rechtshof de grote rechtszaal binnenkomt
De zitting begint, buiten sluit men de poort
Binnen de zwaar bewaakte muren wordt de liefde verhoord
En de liefde komt naar voren om plechtig haar eed af te leggen
U wordt beschuldigd van moord, hoort ze de aanklager zeggen
Van de meest vreselijke dingen betichten ze haar
Beken je schuld?
En de liefde zegt: ja
De verdediging spreekt: ieder woord raakt z’n doel
Heeft u dan nooit, mijne heren, ’n greintje liefde gevoeld
Is de liefde niet goed, heeft dan niemand gedacht
Dat de dood van die arme stumper
Alleen maar ’n ongeluk was?
Gezongen tekst:
En de liefde ze huilt
En de rechtbank die zwicht
Onder ’t masker verschuild
Zij, haar keihard gezicht
Daarom spreekt men haar vrij
Als ’n onschuldig kind
Eens te meer zijn ook zij
Door de liefde verblind
Gesproken tekst:
O nee, dat niet, Edelachtbare, klinkt een stem uit de zaal
Deze uitspraak is schandelijk, ’t proces ’n schandaal
De liefde is ’n serpent vol gif en venijn
Wie zo liegt en zo bedriegt die kan niet onschuldig zijn
Ze heeft me geruïneerd, m’n hele leven vergald
Alles wat ik had opgebouwd heeft ze in één klap verknald
Ik smeekte haar om wat liefde, maar ze lachte me uit
Ze trapte me op m’n ziel en nu, nu gaat ze vrijuit
Waar blijft dan jullie rechtvaardigheid, jullie met je huichelarij
Jullie weten niets van liefde en toch spreken jullie haar vrij
Met al haar hoerige manieren maakt ze iedereen kapot
Ze berooft de sterken van hun kracht en ze vliegt de zwakken naar de strot
Gezongen tekst:
Ik gaf zoveel om haar
Maar ze was zo gemeen
Na ’n goed half jaar
Stond ik plots’ling alleen
Kijk, waar kwam ik terecht
In de goot, inderdaad
Dus, begrijp als ik zeg
Dat ik de liefde…….haat
’T WORDT TIJD DAT JE LEEFT
(Duman/Makhno/B. Neijman)
We zijn allemaal blind
Willen alles of niets
En gejaagd door de wind
Komt er niemand tot iets
In de hang naar succes
Willen we allemaal meer
Opgefokt als de pest
Gaan we danig te keer
Refrein:
We vergeten zo vaak
In de run van ’t bestaan
Dat er buiten onszelf
Nog iets anders bestaat
Iemand die om je geeft
Die gewoon van je houdt
Voor je ’t weet ben je oud
’t Wordt tijd dat je leeft
Jij daar op je kantoor
In je grote fabriek
Heeft dan niemand ’t door
Zijn we echt al zo ziek
De carriëre die telt
Meer de kost voor de baas
Als je zwemt in je geld
Is ’t meestal te laat
Refrein:
We vergeten zo vaak
In de run van ’t bestaan
Dat er buiten onszelf
Nog iets anders bestaat
Iemand die om je geeft
Die gewoon van je houdt
Voor je ’t weet ben je oud
’t Wordt tijd dat je leeft
Iemand die om je geeft
Die gewoon van je houdt
Voor je ’t weet ben je oud
’t Wordt tijd dat je leeft
TABÉ
(Kluger/Benny Neijman)
In Holland is altijd wel wat
’t Is koud, ’t is kil en ’t is nat
Ik ben het zo langzaamaan zat
Tabé
De mensen die zijn er zo moe
De koeien ze roepen steeds: boe
En zangers die weten niet hoe
Tabé
Refrein:
Ik wou dat ik er hier de brui aan kon geven
Hoela-la-la in de tropen leven
Lekker lui en languit in mijn hangmat dromen
Leven van zon en zee
De zee hier bij ons die is grauw
En iedereen vlucht van de kou
Maar hoe zeg ik Nederland nou
Tabé
In Holland kent niemand taboes
Van Tietjerkstradeel tot aan Goes
De meiden zijn vol in de bloes
Tabé
We zijn tolerant en gastvrij
Dat is niet van jou da’s van mij
Kijk hem daar dat zacht gekookt ei
Tabé
Refrein:
Ik wou dat ik er hier de brui aan kon geven
Hoela-la-la in de tropen leven
Lekker lui en languit in mijn hangmat dromen
Leven van zon en zee
De zee hier bij ons die is grauw
En iedereen vlucht voor de kou
Maar Holland hoe zeg ik jou nou
Tabé
Ha ha ha ha ha ha ha
Ha ha ha ha ha ha……….
THE GREATEST MAN I NEVER KNEW
(Richard Leigh/Layng Martine Jr.)
The greatest man I never knew
Lived just down the hall
And everyday we said hello
But never touched at all
He was in his paper
I was in my room
How was I to know
He thought I hung the moon
The greatest man I never knew
Came home late every night
He never had too much to say
Too much was on his mind
I never really knew him
And now it seems so sad
Everything he gave to us
Took all he had
Then the days turned to years
And the memories to black and white
He grew cold like an old winter wind
Blowing across my life
The greatest words I never heard
I guess I’ll never hear
The man I thought could never die
‘s Been dead almost a year
He was good at business
There was business left to do
He never said he loved me
Guess he thought I knew
TIJD – TWIJFEL – TOEKOMST
(A. Butler/ J. Leiber/ G.F. Morton/ B. Neyman)
[Tijd]
Tijd?
Wie kan er nog omgaan met de tijd?
Tijd verdwijnt in rook en as
IJdele hoop op scherven glas
Heb ik ooit in liefde geloofd?
Oh ja…..in legio!
‘k Bedoel… het voelde zo
Maar er waren ook momenten van…
Soms had ik ook momenten van…
[Twijfel]
’n Déjà Vu?
Wie weet…
Ik? ’n Avonturier?
Misschien…
Of dit met jou het daglicht verdragen kan?
Waarom niet…
Maar maak je geen illusie
Maak je geen illusies
En geniet van het moment
Kom, zullen we gaan?
Instrumentaal
[Toekomst]
Onze toekomst?
Ach, het noodlot ligt nog zover in het verschiet
Als het zijn moet heeft het zo moeten zijn
En als het doodbloedt heelt de tijd opnieuw de pijn
Weet je nog die man die zong
Over die vrijgezel die nooit ging slapen?
Ga met me mee en ik laat je alle sterren zien
Maar alsjeblieft, maak je geen illusie
En probeer te genieten van het moment
Laten we alsjeblieft intens genieten
Van ieder gegeven moment!
TOCH MAAR ALLEEN
(Jairo/B. Neijman)
Je bent ’n deel van deze aarde
Je voelt de warmte van de zon
Je zoekt de zin en ook de waarde
Je zoekt ’t hoe en ’t waarom
Je barst van liefde om te geven
Maar ja, waar moet je d’r mee heen
Want ook geluk duurt maar heel even
En voor je ’t weet sta je alleen
Toch maar alleen
Je neemt de vlucht voor je problemen
Je vlucht in drank tegen de pijn
Maar als de kater is verdwenen
Blijkt alles erger nog te zijn
Je stelt vertrouwen in de mensen
Ze torpederen ’t meteen
Je gaat ze haten en verwensen
En voor je ’t weet sta je alleen
Toch maar alleen
Maar toen kwam jij zomaar in m’n leven
‘k Had weer ’n thuis, ’n bed, ’n doel
Ik zag ’t moois van ’t leven
’n Nieuw begin, ’n warm gevoel
Jij leidt opnieuw je eigen leven
Ik leef weer net zoals voorheen
Want ieder mens staat in ’t leven
Tenslotte helemaal alleen
Toch maar alleen
TOEN
(C. Kelly/B. Regan/B. Neijman)
Vroeger was tevreden zijn
Wat hagelslag op brood
De gaten in je sokken
Erwtensoep met varkenspoot
’n Kinderhand was gauw gevuld
Met ’n spek of zoute drop
Een hand vol knikkers
Het kon gewoon niet op
Refrein:
Toen
Bleven alle bomen groen
Toen
Was mijn wereld het plantsoen
Met gras en al
En mijn maatje was mijn bal
En mijn toekomst ’n visioen
Toen
Vroeger was gelukkig zijn
’n Stuiver, het moment
Van monopoly rijk te zijn
Een happy zonder end
Met eindeloze zomers
Lange winters in de sneeuw
En ganzenborden door de laatste eeuw
Refrein
Waar zijn
Waar bleven de jaren?
Wat bleef over van mijn kinderdromen?
Oud, pijn
Spijt en grijze haren
Weten dat ’t nooit meer terug zal komen
Refrein
TOMMY
(Stephan Sulke/Benny Neijman)
En Tommy is nog maar zo klein
Zoals de meeste kind’ren zijn
Hij heeft een speelgoed vliegmachien
Dat nog kan vliegen bovendien
Hij zou Ruud Gullit willen zijn
Een astronaut of een piloot
Hij wil naar zee als kapitein
Van een gigantisch grote boot
En Tommy is nog maar zo klein
Zoals de meeste kind’ren zijn
Hij stelt z’n vragen altijd weer
Waarom, waarvoor, waartoe, wanneer
Hoe komt de melk uit de koe
Heeft ’t heelal ook een begin
Waar gaan de dagen ’s nachts naar toe
Wat heeft ’t donker nou voor zin
En Tommy is nog maar zo klein
Maar anders dan de and’ren zijn
Hij heeft z’n vliegtuig stuk gegooid
Want een Ruud Gullit wordt ie nooit
Hij rolt z’n rolstoel naar ’t plein
Z’n vriendjes dollen met een bal
Hij volgt hun spel van langs de lijn
Dat zal zo zijn z’n leven lang
Is er een God die ons bevrijdt
Ik denk wat is rechtvaardigheid
Je hoort van liefde en moraal
Maar ’t is niet eerlijk allemaal
Waarom niet ik, maar waarom hij
Waarom geen ander, waarom hij
En m’n verstand begrijpt maar niet
Waarom de één en de ander niet
TRANEN VAN GELUK
(I. Reidl/H. Engler/B. Neijman)
Donker is de tunnel
Nauw, benauwd en lang
Zenuwen verkrampen
Eindeloos de gang
Haast de hoop verloren
Nergens meer goed zicht
Aan ’t einde van de tunnel
Gloort een straaltje licht
Voortgedreven
Door een onbekende kracht
Daarna de gedachte
Dat het bijna is volbracht
Doorgaan, doorgaan
’t Licht komt naderbij
Dan opeens vrij ademen
Eindelijk weer vrij
Refrein:
Tranen van geluk
Van geluk
Kom je tot jezelf
Als alle spanning is gebroken
Tranen van geluk
Van geluk
Wat zichtbaar een verademing kan zijn
Zijn tranen van geluk
Vaak het noodlot tarten
En soms je ziel verkocht
En uit zelfmedelij’
Je heil in drank gezocht
Getwijfeld aan de mensheid
Dan liever maar alleen
Doorgaan weer uit lijfsbehoud
Dwars door alles heen
Steeds weer vechten
Bijna sterven in de strijd
Weten waar naar toe gaan
En toch de richting kwijt
Dan de eindstreep
Eindelijk gehaald
Doodgewoon weer ademen
Gelukkig niet gefaald
Refrein
TRÖK NAO BLOUWDÖRREP
(R. Whittaker/R.A. Webster/B. Neijman)
Wie e sjeep dat weurd gedreve nao z’n have
Nao jaore vaan lavere euver zie
Rijj iech weer door de straote vaan Blouwdörrep
M’n wange oonder ’t kippevel en wie!
Mer straks op de Atwie riechting ’t noorde
Veul ‘ch m’n traone branne achter ’t stuur
Want iech vergeet diech neet
In de sjemer veur d’n duuster
Bin ‘ch eve naor Blouwdörrep trök gewees
Nêin, iech vergeet diech neet
Eve kieke veur d’n duuster
Bin ‘ch stiekum in Blouwdörrep trök gewees
Allang veurbijj d’n Eindhovense roondweeg
Duij iech op m’ne pin en rijj te hel
Iech höb eve ’t geveul tot ‘ch terök vleeg
De zitting vaan de stool stêit in me vel
Bijj Utrech krijg iech door tot ‘ch geflits bin
’t Liefste zouw ‘ch kiere riechting Weert
Want iech vergeet diech neet
In de sjemer veur d’n duuster
Bin ‘ch eve naor Blouwdörrep trök gewees
Nêin, iech vergeet diech neet
Eve preuve veur d’n duuster
Bin ‘ch stiekum in Blouwdörrep trök gewees
Noe rijj ‘ch door de Soesterbergse straote
Och e dörrep met zoe’n zelfde, felle kleur
Es Blouwdörrep dat ‘ch vreug al höb verlaote
M’nen ooto stop vaanzellef veur m’n deur
Haos diezelfde deur es oet m’n jongesjaore
Die deur, die heet gelache en gejenk
Want iech vergeet diech neet
In de sjemer veur d’n duuster
Bin ‘ch eve naor Blouwdörrep trök gewees
Nêin, iech vergeet diech neet
Eve ruuke veur d’n duuster
Bin ‘ch stiekum in Blouwdörrep trök gewees
TWO PIÑA COLADAS
(Shawn Camp/Benita Hill/Sandy Mason)
I was feelin’ the blues
I was watching the news
When this fella came on the tv
He said I’m tellin’ you
That science has proven
That heartaches are healed by the sea
That got me goin’
Without even knowin’
I packed right up and drove down
Now I’m on a roll
And I swear to my soul
Tonight I’m gonna paint this town
Chorus:
So bring me two piña coladas
I want one for each hand
Let’s set sail with captain Morgan
Or we never leave dry land
Hey troubles I forget ‘em
I buried ‘em in the sand
Bring me two piña coladas
She said goodbye
To her good timin’ man
Oh now I’ve gotta say
That the wind and the waves
And the moon winkin’ down at me
Eases my mind
By leavin’ behind
The heartaches that love often brings
I’ve got a smile
That goes on for miles
With no inclination to roam
I’ve gotta say
That I think I’ve gotta stay
She said goodbye
To her good timin’ man
Chorus:
So bring me two piña coladas
I want one for each hand
Let’s set sail with captain Morgan
Or we never leave dry land
Hey troubles I forget ‘em
I buried ‘em in the sand
Bring me two piña coladas
She said goodbye
To her good timin’ man
U
ÜBER DEN STERNEN
(R. Frank-Jacobi)
Und sie weinen tausend Tränen
Alle Tränen die es noch zu weinen gibt
Frauen machtlos ohne Männer
Vor dem Haus, das nun in Schutt und Asche liegt
Und sie schreien hoch zum Himmel
Voll Verzweiflung, voller Wut und voller Angst
Und dann fällt ein Schuss im Dunkeln
Dann ist alles still eine Sekunde lang
Und ein Kind liegt auf dem Boden
Augen offen so, als sehe es noch die Welt
In der Hand hält es sein Spielzeug
Über ihm unendlich weit das Himmelszelt
Refrein:
Friede den findest du dort über den Sternen
Und Krieg ist dort unten wo Hass und Missgunst regiert
Wann werden Menschen aus Fehlern
Der Vergangenheit lernen
Und wer stoppt den Wahnsinn der Täglich
Noch immer geschieht
Und dann packen sie ihre Haben
Wissen nicht wohin der Weg sie führen wird
Und das Kind liegt dort begraben
Wo der Rest noch von der alte Kirche steht
Und sie schauen diesem Stückchen Erde
Das die Heimat einmal war noch lange nach
Und erinnern sich an Lieder
Die man früher sang, als alles Friedlich war
Refrein:
Friede den findest du dort über den Sternen
Und Krieg ist dort unten wo Hass und Missgunst regiert
Wann werden Menschen aus Fehlern
Der Vergangenheit lernen
Und wer stoppt den Wahnsinn der Täglich
Noch immer geschieht
Und ein Kind liegt dort im Boden
Augen offen so als sehe es noch die Welt
In der Hölle Sarajevos liegt ein Leben
Das schon heute nicht mehr zählt
UND EWIG RUFT DIE LIEBE
(Y.J. Gilberts/S.C. Chauvier/B. Neijman)
Du hast geweint, du hast gebetet
Hast tausendmal das Glück verflucht
Und du hast dann am nächsten Morgen
Wieder einen neuen Weg gesucht
Ja du hast Briefe nicht gelesen
In denen stand Adieu ich geh !
So viele Wunden sind gewesen
Und tun auch heut’ noch manchmal Weh
Refrein:
Doch ewig ruft die Liebe
Und ewig brennt das Feuer
Dass man Sehnsucht nennt
Das Buch wird neu geschrieben
Sobald in deinen Augen
Dieses Feuer brennt
Dann spürst du wieder dieses Fieber
Und jeder Zweifel ist vorbei
Und du stehst wieder vor dem Spiegel
Für eine Sommerliebelei
Nur für das Lächeln eines Fremden
Der Morgenfrüh schon geht vielleicht
Vergessen sind die bittere Tränen
Für eine Hand voll Zärtlichkeit
Refrein:
Denn ewig ruft die Liebe
Und ewig brennt das Feuer
Dass man Sehnsucht nennt
Das Buch wird neu geschrieben
Sobald in deinen Augen
Dieses Feuer brennt
Ewig ruft die Liebe
Und ewig brennt das Feuer
Dass man Sehnsucht nennt
Das Buch wird neu geschrieben
Sobald in deinen Augen
Dieses Feuer wieder brennt
Ewig brennt das Feuer
Das grosse Abenteuer
Das man Liebe nennt
UNTER DEM BAUM IM PARADIES
(R. Frank-Jacobi/G. Stellaard/B. Neijman)
Ich seh’ uns beide noch am Strand
Und du nahmst zärtlich meine Hand
Am Himmel stand der goldene Mond
Und ich spürte schon nach dir verlangen
Wir schauten beide auf das Meer
Uns’re Gedanken waren leer
Das Fieber liess uns keine Ruhe
Und wir waren im nu viel zu weit gegangen
Refrein:
Unter dem Baum im Paradies
Geht manches Feigenblatt verloren
Wilde Früchte schmecken süss
Besonders dann
Hat der Himmel sie verboten
Man nimmt sich oft so vieles vor
Und achtet auf die zehn Gebote
Selbst der Stärke wird mal schwach
Und merkt danach: wilde Früchte sind verboten
Dein Haar es war noch voller Sand
Ich sah den Ring an deiner Hand
Doch was geschehen war, war geschehen
Es war wunderschön, warum es bereuen
Refrein:
Unter dem Baum im Paradies
Geht manches Feigenblatt verloren
Wilde Früchte schmecken süss
Besonders dann
Hat der Himmel sie verboten
Man nimmt sich oft so vieles vor
Und achtet auf die zehn Gebote
Selbst der Stärke wird mal schwach
Und merkt danach: wilde Früchte sind verboten
Man nimmt sich oft so vieles vor
Und achtet auf die zehn Gebote
Selbst der Stärke wird mal schwach
Und merkt danach: wilde Früchte sind verboten
Unter dem Baum im Paradies………………..
V
VADER
(T.Hermans/Bewerking B. Neijman)
’t Mooiste beeld
dat ik van m’n vader heb
is op die stoel
in de zon
voor de deur.
’t Mooiste beeld
dat ik van m’n vader heb
is op die stoel
voor de deur
in de zon.
Achterover leunend
tegen die witte muur.
Die witte muur
die nog warm was van de zomer.
Zo zat ie daar
’n man van 58 jaar
de laatste maanden van zijn leven.
Zo zat ie daar te wachten
op de duiven
en hij keek maar naar de hemel,
naar de wolken en de lucht.
En als die duiven dan kwamen
riep hij hun namen: duifke, duifke
met die zachte stem
die ik nog altijd van hem hoor.
Hij was veel te jong toen ik hem verloor
’t was op ’n zondagmiddag in de zomer
en de zon scheen op die witte muur
hij glimlachte, sloot z’n ogen
toen is ie met de duiven
weggevlogen.
VAN IDEAAL NAAR CARRÉ
(Albini/Bigazzi/Falagiani/B. Neijman)
Hij was nog maar een jongen
Van amper achttien jaar
Die altijd maar een droom had
Naar Amsterdam te gaan
Daar zou hij het gaan maken
Daar maakten ze hem ’n ster
Hij zou z’n eigen weg gaan
Al was die weg nog ver
Z’n moeder en z’n vader
Lieten hem niet graag gaan
Maar hebben hem toch later
Zijn droomwens toegestaan
Dus pakte hij z’n koffer
Z’n moed en z’n gitaar
En ging die mooie zomer
Zijn dromen achterna
Zag voor ’t eerst Wim Kan in Amsterdam
En Sonneveld in ’t nieuwe de la Mar
Zag Toon Hermans langs de Amstel lopen
Durfde niet goed naar hem toe te gaan
Het was een lange weg
Van ideaal naar Carré
Zou hij dat ooit ervaren
Hij had geen enkel idee
Hij was vol goeie moed
Vocht zich een weg erheen
Volgde gewoon z’n dromen
En zong zijn lied alleen
Instrumentaal
Hij zou ’t wel gaan maken
Net als Ramses, List of Pien
Maar niemand wou hem horen
En niemand wou hem zien
Zong zijn eerste plaatje : Amsterdam
Zong bij Bolle Jan in de Jordaan
Zong zijn lied voor wie het maar wou horen
Maar nog wist geen hond van zijn bestaan
Het was een lange weg
Van ideaal naar Carré
Zou hij dat ooit ervaren
Hij had geen enkel idee
Hoe vond ie ooit de moed
Zong zich een weg erheen
Volgde gewoon z’n dromen
Van ideaal naar Carré
Instrumentaal
Hoe vond ie ooit de moed
Zong zich een weg erheen
Volgde gewoon z’n dromen
Van ideaal naar Carré
VERBETER DE WERELD
(Aufray/Buggy Vline/Sabar/B. Neijman)
Mensen lopen met de neus in de wind
Ze leven als ’n ontevreden kind
Ze vechten voor vrede, geloof of voor geld
En preken die vrede met zinloos geweld
Verbeter de wereld begin bij jezelf
De rest van die wereld ze volgt je vanzelf
Verbeter de wereld begin bij jezelf
’n Betere wereld komt niet vanzelf
Mensen leven als een kip zonder kop
Van hier tot daar en verder houdt ’t op
Ze koesteren dromen en draven maar door
Ze splitsen atomen en God weet waarvoor
Verbeter de wereld begin bij jezelf
’n Leefbare wereld die maak je toch zelf
Verbeter de wereld begin bij jezelf
De rest van die wereld ze volgt je vanzelf
Verbeter de wereld begin bij jezelf
’n Betere wereld komt niet vanzelf
VERDER VALT ’T WEL MEE
(Moussac/S. Lama/Cochiante/Benny Neijman)
Bonnie:
‘k Zit hier ver verlaten van jou
New York is zo groot en zo grauw
Verder valt ’t wel mee
’t Leven in de States gaat te gauw
De steaks zijn te rauw
Maar ach, verder valt ’t wel mee
Niemand hier bemoeit zich met mij
Je voelt je zo vreemd en vrij
In dit land overzee
Verder valt ’t wel mee
Benny:
’t Leven zonder jou gaat z’n gang
De nachten zijn leeg en lang
Verder valt ’t wel mee
Ik krijg ’t hier steeds vaker benauwd
De dagen zijn kil en koud
Verder valt ’t wel mee
Als jij in New York toch eens wist
Hoezeer ik je hier zo mis
Nee, je hebt geen idee
Want verder valt ’t wel mee
Samen:
Kilometers van elkaar
Waarom leef ik hier en jij daar
Leven zonder jou heeft geen zin
En lachen al evenmin
Nee, je hebt geen idee
Nachten vol met tranen van spijt
De kostbare tijd verglijdt
We zijn elkaar kwijt
Verder valt ’t wel mee
Desondanks het leven gaat door
Maar voor wie, waarom en waarvoor
Want we gaan er zo zelf onderdoor
Alle twee
Maar verder valt ’t wel mee
Benny:
Houden van verdwijnt niet zo vlug
Maar is er ’n weg terug
Heb jij enig idee
Heus, dat valt nog niet mee
Samen:
Kilometers ver van elkaar
Waarom leef ik hier en jij daar
Leven zonder jou heeft geen zin
En lachen al evenmin
Nee, je hebt geen idee
Nachten vol met tranen van spijt
De kostbare tijd verglijdt
We zijn elkaar kwijt
Verder valt ’t wel mee
Desondanks het leven gaat door
Maar voor wie, waarom en waarvoor
Want we gaan er zo zelf onderdoor
Alle twee
Maar verder valt ’t wel mee
Mmmmmmmmmmmm………….
Verder valt ’t wel mee
Mmmmmmmmmmmm………….
VERGETEN ZIJN DE TRANEN
(F. François/J.M. Bériat/B. Neijman)
Als je ’t niet meer zitten ziet
Voel je je verdoofd
Hangt ’n lage drukgebied
Recht boven je hoofd
Voel je je verloren
Word je weer herboren
Als je in jezelf gelooft
Refrein:
Vergeten zijn de tranen
Trek ’n hele grote streep door je verdriet
Vergeten zijn de tranen
Ga ze stelpen want echt helpen doen ze niet
Vergeet al die bittere tranen
Die je jankte in het donker van de nacht
Vergeten zijn de tranen
Je bent leuker en veel mooier als je lacht
Als het weer eens tegenzit
Als men je vergeet
Wees dan niet zo’n kankerpit
Pak jezelf dan beet
Laat je niet verleiden
Door zelfmedelijden
Leven dat is lief en leed
Refrein:
Vergeten zijn de tranen
Trek ’n hele grote streep door je verdriet
Vergeten zijn de tranen
Ga ze stelpen want echt helpen doen ze niet
Vergeet al die bittere tranen
Die je jankte in het donker van de nacht
Vergeten zijn de tranen
Je bent leuker en veel mooier als je lacht
Heb je weer eens tegenwind
’t Regent dat ’t giet
Loop je door een labyrint
En vindt de uitgang niet
Laat ’t niet gebeuren
Lachen opent deuren
Lachen wint ’t van verdriet
Refrein:
Vergeten zijn de tranen
Trek ’n hele grote streep door je verdriet
Vergeten zijn de tranen
Ga ze stelpen want echt helpen doen ze niet 2x
Vergeet al die bittere tranen
Die je jankte in het donker van de nacht
Vergeten zijn de tranen
Je bent leuker en veel mooier als je lacht
VERGEVEN, VOORBIJ EN VERGETEN
(Randy Newman/Benny Neijman)
Nee, van mij zul je geen traan meer zien
Ik heb ze later, wie weet, nog wel nodig misschien
Ik ben wel ‘ns dronken maar dat zijn er meer
En ’t leven gaat verder dus ik moet wel weer
Refrein:
Vergeven, voorbij en vergeten
Maar weet je ik mis je zo
Vergeven, voorbij en vergeten
Maar weet je ik mis je nog steeds
Ik heb vrienden genoeg waar ik mee uit kan gaan
Ik heb m’n werk, ik heb ’n hond, ik heb m’n hobbies
Ik weet dat ik gek word van eenzaamheid
Vandaar dat ik lol zoek en vrolijkheid
En ’t kan me niet schelen waar je nu logeert
Want ik hoef niet te weten hoe je nu hoereert
Refrein:
Vergeven, voorbij en vergeten
Maar weet je ik mis je zo
Vergeven, voorbij en vergeten
Maar weet je ik mis je nog steeds
VERLORE JAORE
(M. Theodorakis/B. Neijman)
Este mien traone zuus
Blief daan neet stoon.
Dat kump umtot ‘ch get verkajd bin
En es ‘ch bazel euver daan en toen,
Kump dat mesjien allein umtot iech aajd weur.
In mien herinnering boe in iech leef
Nump m’ch d’n draank mét trok nao vreuger,
Daan dink ‘ch soms aon wat m‘ch euverbleef,
En weur vaan puur sjagrijn allein mer neuchter.
Verlore jaore,
Neet mie wat ’t vreuger waor.
Vergete flarde oet m’n jeug:
Mét gêin miljoen mie trök te koupe.
De pijjn geneus mesjien, ’t waor zoe sjoen.
Sjoender es in ’t paradies.
Verlore en veurbijj, verjaord, verlaope.
In al deen tied bleef weinig m ‘ch gespaord,
Mer iech höb de mood noets opgegeve,
Want mien verhaole zien nog niet verjaord:
Ze geve krach um wijjer door te leve.
VERLOREN IN VERBONDENHEID
(R. Mey/B. Neijman)
Dat jij nog steeds na al die jaren
Dat je nog altijd bij me bent
’t Waren bijna tropenjaren
Ik maak je echt ’n compliment
Na alle vechten – alle fouten
Na alle ruzies – alle strijd
Kun je nog altijd van me houden
En met me leven in geborgenheid
We gingen vaak door diepe dalen
We hebben gevochten voor elkaar
Er viel soms elders wat te halen
Maar we trotseerden elk gevaar
We konden dromen van een ander
We konden vluchten, da’s een feit
Maar we zijn voor elkaar geboren
En verloren in verbondenheid
Refrein:
Hoe vaak hebben wij ons tweeën
Niet de hemel in gevreeën
’t Is door niets te evenaren
En is ook niet te verklaren
Maar de climax van ons leven
Moet ik nog met jou beleven
In de honger – in de liefde
In verlangen en in jou
Je moet wat maken van je leven
Wij namen ’t zoals ’t kwam
Je moet wat nemen en wat geven
Dat houdt de spanning lekker warm
Je kan nooit weten van tevoren
Hoe je weg is geplaveid
Maar wij zijn voor elkaar geboren
En verloren in verbondenheid
Refrein:
Hoe vaak hebben wij ons tweeën
Niet de hemel in gevreeën
’t Is door niets te evenaren
En is ook niet te verklaren
Maar de climax van ons leven
Moet ik nog met jou beleven
In de honger – in de liefde
In verlangen en in jou
Nu jij nog steeds na al die jaren
Nu jij nog altijd bij me bent
Ik kan ’t bijna niet verklaren
Streven we naar een “happy-end”
En is de hartstocht vastgevroren
Ook na een hele lange tijd
We blijven voor elkaar geboren
En verloren in verbondenheid
VERRÜCKT NACH DIR
(R. Frank-Jacobi/Aristakis/B. Neijman)
Du hast den Sonnenschein im Blut
Der Blick von deinen Augen
Ist wie ein Pfeil der mich durchbohrt
Und tief im Herzen trifft
Und es macht ‘Tilt’ in meinem Kopf
Wenn wir zusammen laufen
Wenn deine Hände mich berühren
Dann krieg’ ich weiche Knie
Mit dir zu reden tut mir gut
Wenn wir zusammen plaudern
Dann fange ich zu stottern an
Benimm’ mich wie ein Kind
Ich komm mir manchmal albern vor
Kann’s immer noch nicht glauben
Ich bin total in dich verknallt
Ich bin verrückt nach dir
Refrein:
Verrückt nach dir, ich bin ganz einfach verrückt nach dir
Und ich geh gerne durch tausend Feuer
Nur für eine Nacht mit dir
Verrückt nach dir, ich bin ganz einfach verrückt nach dir
Und mein Verstand sagt mir nur noch eines
Ich krieg nie genug von dir
Ich seh’ uns beide schon alleine
In der Sonne liegen
Ich höre schon wie du mir sagst
Ich will noch mehr von dir
Ich beiss mir alle Finger wund
Um in dein Herz zu kriechen
Ich bin daneben, ich bin weg
Ich hab’ den Sinn für Zeit und Raum
Seit ich dich kenn’ verloren
Und manchmal sag’ ich mir verdammt
Du hast mich Krank gemacht
Dann stehst du wieder da vor mir
Ich hab’ umsonst geschworen
Mal wieder Stark zu sein heut’ Nacht
Du machst mich wieder Schwach
Refrein:
Und mein Verstand sagt mir nur noch eines
Ich krieg nie genug von dir
VIJFTIEN JAAR
(C.M. Schönberg/Benny Neijman)
‘k Was een joch van amper vijftien jaar
‘k Had brillantine in m’n haar
Er zat een meisje in de klas
Waar ‘k in ’t geheim verliefd op was
En op die bank in ’t plantsoen
Gaf ik de allereerste zoen
‘k Was als joch zo vaak verliefd
Maar bij de meisjes niet geliefd
Want ik was te mager en te lang
Ik zat vol met pukkels op m’n wang
Ik was verlegen en vaak bang
Maar ook de hang naar avontuur
Werd alsmaar groter op den duur
En op m’n kamer hing ’t portret
Van Brigitte Bardot boven m’n bed
Ik streelde in m’n wildste droom
Haar naakte lichaam zonder schroom
‘k Schrok wakker badend in het zweet
‘k Lag dwars op bed was half ontkleed
Ik wist al alles van l’amour
Maar van ’t leven nog geen moer
‘k Was een joch van amper vijftien jaar
Zo’n puistig puber exemplaar
Ik weet nog goed, die eerste keer
‘k Was toen bij Thea in de leer
‘t Liep volledig uit de hand
Ik was met recht een dilettant
Maar je verliest je wilde haar
Je krijgt ervaring weliswaar
Toch voel ‘k me bijna altijd weer
Net als die allereerste keer
Net als dat joch van vijftien jaar
Met brillantine in z’n haar
Maar ik ben helaas geen vijftien meer
Instrumentaal
VINCENT
(Don McLean)
Starry, starry night
Paint your palette blue and grey
Look out on a summer’s day
With eyes that know
The darkness in my soul
Shadows on the hill
Sketch the trees and the daffodils
Catch the breeze and the winter chills
In colours on the snowy linen land
Now I understand
What you tried to say to me
How you suffered for your sanity
How you tried to set them free
They would not listen
They did not know how
Perhaps they’ll listen now
Starry, starry night
Flaming flowers that brightly blaze
Swirling clouds in violet haze
Reflect in Vincent’s eyes of China blue
Colours changing hue
Morning fields of amber grain
Weathered faces lined in pain
Are soothed beneath
The artist’s loving hand
Now I understand
What you tried to say to me
How you suffered for your sanity
How you tried to set them free
They would not listen
They did not know how
Perhaps they listen now
For they could not love you
But still your love was true
And when no hope was left inside
On that starry, starry night
You took your life as lovers often do
But I could have told you Vincent
This world was never meant
For one as beautiful as you
Starry, starry night
Portraits hung in empty halls
Frameless heads on nameless walls
With eyes that watch
The world and can’t forget
Like the strangers that you’ve met
The ragged men in ragged clothes
The silver thorn of bloody rose
Lie crushed and broken
On the virgin snow
And now I think I know
What you tried to say to me
And how you suffered for your sanity
And how you tried to set them free
They would not listen
They’re not listening still
Perhaps they never will
VLINDERS VAN DE NACHT
(Benny Neijman)
De vlinders van de nacht
Ze denken niet aan slapen
Ze denken niet aan gapen
De vlinders van de nacht
Ze houden van ’t donker
Aan hunkerende honger
Ontleden zij hun kracht
De vlinders van de nacht
Als andere mensen dromen
Ontwaken ze en komen
Als muggen af op ’t licht
Neon in de straten
Betovert, want ze haten
’t Held’re morgenlicht
De vlinders van de nacht
Ze fladd’ren door de steden
Ze sussen hun geweten
Met drank in ’t café
Ze blijven alsmaar tanken
Maar zitten steeds te denken
Ging met mij maar iemand mee
De vlinders van de nacht
Door duisternis omgeven
Beginnen ze te leven
De hoeren en de nichten
De naamloze gezichten
’n Schaduw op de gracht
De vlinders van de nacht
Ze jagen op hun prooien
Of leven van de fooien
Ze zoeken naar genot
Ze zoeken maar als blinden
Maar nooit zullen ze vinden
Ze gaan eraan kapot
De vlinders van de nacht
Ze zingen hun refreinen
Op parken of op pleinen
Ze sluipen door de nacht
’t Klakken van hun schoenen
Weerklinkt in de plantsoenen
Geopend is de jacht
De vlinders van de nacht
Gevangen en gehavend
Verslonden en verslavend
Betoverd door de nacht
Verlangen ze naar liefde
Wat niemand hen kan beiden
De vlinders van de nacht, de vlinders van de nacht
De vlinders van de nacht, de vlinders van de nacht
VONDELPARK
(J. Webb/B. Neijman)
De zon viel door de bomen van het park
En we vreeën op een bank
Of we rolden in het gras
Blaffend liep een hond jou haast omver
Ik genoot zo van je lach
Die er daarna nooit meer was
Het Vondelpark vereenzaamt in de nacht
Waar nog steeds diezelfde bomen staan
Zoekend als een schaduw zonder jou
Loop ik drijfnat door de regen
Ik kan er niet meer tegen
Wat moet ik met mijn leven zonder jou, zonder jou…..
Ik zie nog steeds je haren in de wind
En we stoeiden als twee kinderen
Toen kuste jij mijn mond
Lachend met mijn armen om jou heen
Zag ik niets dan jou alleen
Of de wereld niet bestond
Het Vondelpark vereenzaamt in de nacht
Waar nog steeds diezelfde bomen staan
Zoekend als een schaduw zonder jou
Loop ik drijfnat door de regen
Ik kan er niet meer tegen
Wat moet ik met mijn leven zonder jou, zonder jou…..
Zal er ooit een ander voor me staan
Wie zal het weten
Zal m’n hart ooit voor een ander slaan
En jou vergeten
Zou die pijn ooit nog voorbij gaan
En krijgt mijn leven ooit weer vrij baan
Voor een nieuwe kans
Want hoe genees je een gebroken hart
Is er een medicijn?
Ik neem m’n eigen leven bij de hand
Want niemand doet ‘t
Ik heb mezelf weer helemaal vermand
Want ach zo moet het
Ik zal vechten tot ik jou vergeet
En gewoon opnieuw gaan leven
Vrij zijn zonder jou
Want hoe genees je een gebroken hart
Wie geneest er een gebroken hart
Is er een medicijn?
Zou dat er zijn?
VOOR JOU
(N. Ignatiadis/Benny Neijman)
Tot ik jou vond, was ik een zwerver
Een doelloos dwalende zigeuner
Ik was bang om mij te binden
En had het leven lief
Maar die septembernacht
Zag ik je mooie ogen
Wat had dat ooit gedacht
Ik kon het niet geloven
Ik leef alleen nog maar voor jou
‘k Ben verkocht met heel mijn ziel
Sinds jij uit de hemel viel
Ik geef alleen nog maar om jou
Sinds jij in m’n leven kwam
En de teugels overnam
Tot ik jou vond, was ik een stroper
Een scheve schaats rijdende schooier
En al wat mooi was wou ik nemen
Maar al het moois nam jij
Tot die septembernacht
Ik keek in je ogen
Wie had dat ooit verwacht
Ik kon het niet geloven
Ik leef alleen nog maar voor jou
‘k Ben verkocht met heel mijn ziel
Sinds jij uit de hemel viel
Ik geef alleen nog maar om jou
Sinds jij in m’n leven kwam
En de teugels overnam
Ik geef alleen nog maar om jou
Sinds jij in m’n leven kwam
En de teugels overnam
VRIJ EN BIJ JOU ZIJN
(P. Cornelius/Benny Neijman)
Ik vind ’t echt wel fijn
Om vogelvrij te zijn
‘k Kan alles doen en laten
Wat ‘k zelf wil
Met niemand iets te maken
Dat zijn mijn eigen zaken
Toch vraag ik me soms af
Of ik zo verder wil
Refrein:
Ik wil vrij, vrij, vrij
Vrij en bij jou zijn
Ik wil bij jou, vrij, allebei
En we leven wel apart
Maar niet together
Want daarvoor zijn we beiden te laf
Want daarvoor zijn we beiden te laf
O, o, o, o, o, o, o………
Ik heb ’n huis en ’n kleuren-teevee
’n Mooie tuin, maar schat wat moet ik ermee
Geef alles ook weer uit wat ik verdien
De spullen die ik in huis heb staan
Daar heb ik wel, maar jij niks aan
Ik zou zo graag die dingen willen delen met jou
Refrein:
Ik wil vrij, vrij, vrij
Vrij en bij jou zijn
Ik wil bij jou, vrij, allebei
En we leven apart
Maar niet together
Want daarvoor zijn we beiden te laf
Want daarvoor zijn we beiden te laf
O, o, o, o, o, o, o………
Ik wil vrij, vrij, vrij
Vrij en bij jou zijn
Ik wil bij jou, vrij, allebei
En we leven apart
Maar niet together
Want daarvoor zijn we beiden te laf
Want daarvoor zijn we beiden te laf
O, o, o, o, o, o, o………
Ik wil vrij en bij jou
Jij wilt vrij en bij mij zijn
Ik wil vrij en bij jou zijn
Ik wil ’t allebei
Jij wilt vrij en bij mij zijn
VRIJE VOGELS
(Benny Neijman)
Ze kennen slechts de schaduwkant van ’t leven
Want ’n lichtpunt hebben zij nog nooit gezien
Ze vochten, vloekten, huilden in hun streven
Maar ’t leven drong ze langzaam op hun knie
Zij behoorden tot diegenen, die hoog boven alles staan
De problemen hier beneden zijn ze uit de weg gegaan
Ze behoren tot diegenen die gehard, gepantserd zijn
Want ze wennen wel aan de pijn
Refrein:
Vrije vogels
Ze vliegen net zo lang de wind hun vleugels dragen kan
Vrije vogels
Ze nemen elke dag gewoon zoals ie komen kan
Vrije vogels
Tot ze morgen met de noorderzon vertrokken zijn
Voor ’n echte vrije vogel is elke kooi te klein
Ze zeggen wat ze denken toch zijn ze te vertrouwen
Maar kom je te dichtbij dan vliegen ze er vandoor
En als je ze verwondt, ze dreigen met hun klauwen
Je volgt ze maar verliest al snel het spoor
In hun ogen staat geschreven wat er in hun wezens schuilt
Zijn getekend door het leven hebben veel te veel gehuild
Vrije vogels dat zijn mensen die nog mens gebleven zijn
Want ze wennen wel aan de pijn
Refrein:
Vrije vogels
Ze vliegen net zo lang de wind hun vleugels dragen kan
Vrije vogels
Ze nemen elke dag gewoon zoals ie komen kan
Vrije vogels
Tot ze morgen met de noorderzon vertrokken zijn
Voor ’n echte vrije vogel is elke kooi te klein
Instrumentaal
VRIJGEZEL
(R. Frank Jacobi/R. Frank Jacobi/Benny Neijman)
Intro: la la la la la la………
Hij is zo zielig zo alleen
Z’n eten haalt ie uit de muur
De eenzaamheid die drijft ‘m voort
Dat is vaak wat men van ‘m denkt
Is niet getrouwd
Heeft geen gezin
Z’n bed blijft koud de hele nacht
En ook zijn flat is vast ‘n bende
Omdat er niemand als ie thuiskomt
Op hem wacht
Refrein:
Maar een vrijgezel die gaat pas slapen
Als ie alle sterren heeft gezien
Als ie van zijn vrijheid heeft genoten
Als ie zegt: ’t was fijn, bedankt, tot ziens
‘n Vrijgezel die gaat pas slapen
Als ie al z’n zinnen heeft geblust
Pas wanneer de vogels weer gaan zingen
Gaat ie naar huis terug
Hij heeft ‘t ooit wel geprobeerd
Hij trouwde voor z’n goed fatsoen
Hij heeft er heel wat van geleerd
Nee echt hij zou ’t nooit meer doen
Hij kon niet zus, hij mocht niet zo
Z’n kroegie zag ie maar mondjesmaat
En elke avond weer kassie kijken
Totdat ie van verveling omviel van de slaap
Refrein:
Maar een vrijgezel die gaat pas slapen
Als ie alle sterren heeft gezien
Als ie van zijn vrijheid heeft genoten
Als ie zegt: ’t was fijn, bedankt, tot ziens
‘n Vrijgezel die gaat pas slapen
Als ie al z’n zinnen heeft geblust
Pas wanneer de vogels weer gaan zingen
Gaat ie naar huis terug
Een vrijgezel die gaat pas slapen
Als ie al z’n zinnen heeft geblust
Pas wanneer de vogels weer gaan zingen
Gaat ie naar huis terug
Koor: Refrein
Benny: Een vrijgezel die gaat pas slapen
Als ie al z’n zinnen heeft geblust
Pas wanneer de vogels weer gaan zingen
Gaat ie naar huis terug