R
(N.Ignatiadis/B. Neijman)
Als ik denk aan Rhodos
Denk ik aan Sirtaki
Zie ik de Mandráki
De haven voor m’n geest
Zon in Fariraki
Volle maan in Lindos
Ouzo bij Tsambikos
En eindeloos gefeest
Refrein:
De mooiste zomers
Duren maar even
Maar aan ons dansen
Kwam geen einde meer die nacht
We bleven dromen
Ons hele leven
Van deze Rhodos-nacht
Instrumentaal
Als ik denk aan Rhodos
Katavia en Lagos
Zie ik de Colossos
Herrijzen uit de zee
Psinthos, Paradisi
Als ik straks de kans zie
Ga ik met vakantie
En jij mag met me mee
Refrein:
De mooiste zomers
Duren maar even
Maar aan ons dansen
Kwam geen einde meer die nacht
We bleven dromen
Ons hele leven
Van deze Rhodos-nacht
(J. Ian/B. Neijman)
Ik heb m’n leven lang gezongen
Wat ik werk’lijk voel
Nooit ’t feit verdrongen
Dat de tijd succes bekoeld
Roem, ’t zal vergaan
Als sneeuw of als graan
Gesmolten, weggemaaid
Onder de stralen van de zon
In rook vergane glorie
Wanneer de plaat is uitgespeeld
En alle posters zijn vergeeld
Alle leugens verteld
In Weekend, Privé of Story
Sterven moet je alleen
Daar kom je niet omheen
Ook artiesten zijn maar gewone stervelingen
Sommige beloond, sommige gekroond
Maar de meeste te vroeg weggehoond
Ze hebben ’t in hun bol
Ze leven van seks en drugs en rock-and-roll
Althans, volgens Story
Ze beginnen veel te jong
Nog onervaren wagen ze de sprong
Jaren later lieve schat
Jij hebt je tijd gehad
’t Blijft een keihard vak
Maar eenzaam zijn ze ook
Ze raken aan de coke
Of aan de bedelstaf
Of ze springen van het Hilton af
Roem, ’t zal vergaan
Als sneeuw als ‘t graan
Gesmolten, weggemaaid
Onder de stralen van de spotlight
In rook vergane glorie
Als ik je verveel
Of te veel navelstaar
‘k Zal blijven zingen voor jou
Maar ’t is zo pijnlijk waar
Roem
(M. Chapin Carpenter/B. Neijman)
Laten we gaan
Alleen jij en ik
Weg hier vandaan
Weg van de kou, naar de zomer
Vertrekken we samen naar Rome
De stad van amore
Campari voor twee
Op de Piazza dei Fiori
Een heerlijk diner
Waar het ruikt naar bloemen en fruit
Laten we gaan
Wij met z’n twee
Zomaar spontaan
Weg en gewoon weer verliefd zijn
In het “La dolce vita” van Rome
De oude Romeinen
Sixtijnse Kapel
We nemen ’n klein en eenvoudig hotel
’n Glas wijn en de Trevi fontein
Als we daar samen ‘ns heen zouden gaan
In die heerlijke stad aan de Tiber te staan
We zien Michelangelo’s muurschilderingen
Een zanger staat “O sole mio” te zingen
Als we daar samen naar toe zullen gaan
Ik in Rome met jou de zon onder zie gaan
Jouw ogen weerspieg’len haar ziel en ik ga
Samen met jou, je dromen achterna
Laten we gaan
Wij met z’n twee
Ver hier vandaan
Naar waar ik altijd van droomde
Dan dromen we samen van Rome
Wat zou er ons nog in de weg kunnen staan?
Waarom niet vandaag, anders morgen al gaan?
Het wordt tijd, anders krijgen we spijt.
(M. Sardou/B. Neijman)
Rood als een slapende zon die ondergaat in zee
Rood als de kleur van je mond wanneer je met me vree
Rood als de mooie robijn die ik je aanstonds geef
Rood als de muur van Berlijn waar nog steeds bloed aan kleeft
Rood als ’t vuur van een vlam die nooit dooft in je hart
Rood als de wond van een man die verdrinkt in z’n smart
Rood als de kleur van de wijn die nog bonst in m’n hoofd
Rood hartverscheurend van pijn omdat de liefde dooft
Refrein:
Zoals een vogel valt omdat een jager schiet
En een kogel altijd zinloos bloed vergiet
Of een land verscheurd wordt door een volk in nood
En een lucht gekleurd wordt door het avondrood
Rood als de kleur van een vlag die voor de vrijheid staat
Rood als een teken van macht dat alom wordt gehaat
Rood als romantisch symbool van liefde en van moed
Rood als de kleur van de dood van oorlog en van bloed
Refrein
Zoals er mensen vechtend voor de vrede zijn
Zoals er mensenrechten overschreden zijn
Rood als de trots van een man die plotseling niets meer heeft
Rood alle schepen verbrand, niets meer waar hij voor leeft
Rood als er uit een vulkaan de hete lava stroomt
Rood als een wereld die van een nieuwe toekomst droomt
S
(McLean/B. Neijman)
‘k Had een zorgeloze jeugd
En al het denkwerk deden pa en ma
Want zelf dacht ik toen nog nauwelijks na
‘k Vond het als vanzelfsprekend
Dat er regels moesten zijn
Maar pas veel later is gebleken
Dat zelfs regels best eens fout kunnen zijn
Want weet je eens dan komt de dag
Dan moet je staan op eigen benen
Je hele denken raakt van slag
Want alle regels zijn verdwenen
Je weet niet wie of wat je bent
Je zoekt het verder zelf maar uit
Er is beslist geen weg terug
Je kunt alleen nog maar vooruit
Kun je me zeggen wie ik ben
Ben ik veranderd
Voel ik net als toen
Of toch anders
Toe wijs me dan de juiste weg
En ban die twijfel uit m’n hoofd
Jij alleen kent m’n verdriet
Jij alleen geeft me weer hoop
Op geluk
We hebben samen veel beleefd
Veel plezier maar ook veel zorgen
Maar als je om elkaar iets geeft
Streef je weer naar de dag van morgen
Het geeft niet welke weg we gaan
Haast alle wegen zijn gelijk
Laten we samen verder gaan
Want alleen samen zijn we rijk
Morgen gaan we samen naar de maan
Voor een hemels bestaan
Razendsnel omhoog in een raket
Van de aarde
Morgen gaan we samen naar de maan
We kunnen hier echt niet meer aarden
Het geweld, de oorlog, wat een aarde
Het wordt te vol en veel te klein
Dus we zoeken nieuw terrein
Om daar misschien weer mens te kunnen zijn
Morgen gaan we samen naar de maan
Voor een hemels bestaan
Razendsnel omhoog in een raket
Van de aarde
Morgen gaan we samen naar de maan
We maakten een hel van het leven
Het verval, de vervuiling is gebleven
We hebben schromelijk gefaald
Een te hoge prijs betaald
We wilden wel maar altijd weer te laat
Morgen gaan we samen naar de maan
Voor een hemels bestaan
Razendsnel omhoog in een raket
Van de aarde
Morgen gaan we samen naar de maan
Voor een hemels bestaan
Razendsnel omhoog in een raket
Van de aarde
Morgen gaan we samen naar de maan
Voor een hemels bestaan
Razendsnel omhoog in een raket
Van de aarde
Morgen gaan we samen naar de maan
Voor een hemels bestaan
Razendsnel omhoog in een raket
Van de aarde
Morgen gaan we samen naar de maan
Voor een hemels bestaan
Razendsnel omhoog in een raket
(M. Schuman/E. Roda/Gil/B. Neijman)
Schaam je dame, schaam je
Dame, dame, schaam je diep
Schaam je dame, schaam je
Voor ’n dame viel je diep
Schaam je dame, schaam je
Dame, dame, schaam je diep
Schaam je dame, schaam je
Voor ’n dame viel je diep
Schaam je dame, schaam je
Dame, dame, schaam je diep
Schaam je dame, schaam je
Voor ’n dame viel je diep
Je bent eigenzinnig
Doet vaak onverschillig
En je praat geaffecteerd
Draagt veel te korte rokken
Blondeert je lange lokken
En je loopt geraffineerd
Elke man begeert je
En jij amuseert je
In café of cabaret
’t Zijn je figuranten
En jij speelt dan de grand’ vedet’
Schaam je dame, schaam je
Dame, dame, schaam je diep
Schaam je dame, schaam je
Voor ’n dame viel je diep
Schaam je dame, schaam je
Dame, dame, schaam je diep
Schaam je dame, schaam je
Voor ’n dame viel je diep
In je dure flatje
Met je hemelbedje
Geef je party’s bij de vleet
Met liefst aristocraten
Artiesten, advocaten
Dans je heel discreet
Je gaat uit dineren
Met de chiqueste heren
In ’t duurste restaurant
En moeten ze betalen
Dan knipoog jij met ’n gélant
Schaam je dame, schaam je
Dame, dame, schaam je diep
Schaam je dame, schaam je
Voor ’n dame viel je diep
Schaam je dame, schaam je
Dame, dame, schaam je diep
Schaam je dame, schaam je
Voor ’n dame viel je diep
Schaam je dame, schaam je
Dame, dame, schaam je diep
Schaam je dame, schaam je
Voor ’n dame viel je diep
Schaam je dame, schaam je
Dame, dame, schaam je diep
Schaam je dame, schaam je
Voor ’n dame viel je diep
(K. Munro/L. Leandros/B. Neijman)
Jij was in de ban van bezetenheid
Wist hoeveel je van hem hield
Tot op zekere dag
’t Geluk opeens verdwenen was
’t Ging haast even snel als dat ’t kwam
Refrein:
Veeg alle scherven van je leven aan
En start gewoon opnieuw
Vergeet degeen waarvan je hield
Hij was jou niet waard
Veeg alle scherven van je leven aan
En denk: ik ga d’r voor
Wie weet, nog voor de morgen komt
Ben je opnieuw verliefd
Jij moet niet zo klein en onzeker zijn
Jij ziet alles nu asgrauw
Leef weer en vertrouw
Je weet dat dit je noodlot is
Morgen is jouw humeur weer stralend blauw
Refrein:
Veeg alle scherven van je leven aan
En start gewoon opnieuw
Vergeet degeen waarvan je hield
Hij was jou niet waard
Veeg alle scherven van je leven aan
En denk: ik ga d’r voor
Wie weet, nog voor de morgen komt
Ben je opnieuw verliefd
Wie weet, nog voor de morgen komt
Ben je opnieuw verliefd
(R. Frank-Jacobi/Innemee/Hendriks)
So schön war die Zeit als die Kindheit noch blühte
Wir liefen im Regen noch barfuss dahin
Die frites nach der Schule bei Paul in der Bude
Mit Ketch-up und Cola und Blicke von Jane
So schön war die Zeit als der Frühling erwachte
Wir brausten dem Alltag per Moped davon
So schön war die Zeit vor der JukeBox am Abend
Als Freddy von Heimweh und Sehnsucht noch sang
Refrein:
So schön war die Zeit und so schön war die Liebe
Ich vergass nicht den kleinsten Augenblick
Die Jugend sie ging und kommt niemals wieder
Und kommt niemals wieder zurück
Verrückt war die Zeit in den siebziger Jahren
Wir waren so happy mit Blumen im Haar
Wir drehten ‘nen Joint und wir träumten von Freiheit
Das Zimmer voll Poster von Pin-Ups und Stars
Refrein:
Doch schön war die Zeit und so schön war die Liebe
Ich vergass nicht den kleinsten Augenblick
Die Jugend sie ging und kommt niemals wieder
Und kommt niemals wieder zurück
So schnell ging die Zeit, wir sind Freunde geblieben
Und schrieben ein Stückchen Geschichte wir zwei
Und manchmal tut’s weh, seh’n wir uns mal wieder
Und wissen die Zeit ist für immer vorbei
Refrein:
Doch schön war die Zeit und so schön war die Liebe
Ich vergass nicht den kleinsten Augenblick
Die Jugend sie ging und kommt niemals wieder
Und kommt niemals wieder zurück
Die Jugend sie ging und kommt niemals wieder
Und kommt niemals wieder zurück
(N. Ignatiadis/A. Andrikakis/B. Neijman)
Sex, sex, sex, sex, sex
Sex, sex, sex, sex, sex
Je hoeft ’t niet te leren
Niet te romantiseren
De hele wereld is ervan geobsedeerd
Je hoeft je niet te schamen
Het zit in de reclame
’t Is net als fietsen iets dat niemand meer verleert
Sex is niet vies, ben je helemaal betoeterd,
Sex is niet vies, de hele wereld doet ‘t
Sex is niet vies, ’t is boter, melk en kaas
’t Is net als aap, noot, Mies
Sex is niet vies, omdat ’t heel normaal is
Sex is niet vies, en ’t wereldtaal is
Sex is niet vies, maar speel ’t wel op save is mijn advies
Je hebt mensen die niet willen
Die echt heel hard gaan gillen
Of liever piepers schillen
Liever nog dan sex
Of mensen die ’t haten
Die er niet over praten
En blijven lopen met frustratie
En complex
Sex is niet vies, ’t is boerenkool met metworst
Sex is niet vies, ze doen ’t ook in Staphorst
Sex is niet vies, ’t is boter, melk en kaas
’t Is net als aap, noot, Mies
Sex is niet vies, ben je helemaal betoeterd
Sex is niet vies, de hele wereld doet ‘t
Sex is niet vies, maar speel ’t wel op save is mijn advies
Instrumentaal
Sex is niet vies, ben je helemaal betoeterd
Sex is niet vies, de hele wereld doet ‘t
Sex is niet vies, ’t is boter, melk en kaas
’t Is net als aap, noot, Mies
Sex is niet vies, omdat ’t heel normaal is
Sex is niet vies, en ’t een wereldtaal is
Sex is niet vies, maar speel ’t wel op save is mijn advies
Sex is niet vies, ’t is boerenkool met metworst
Sex is niet vies, ze doen ’t ook in Staphorst
Sex is niet vies, ’t is boter, melk en kaas
’t Is net als aap, noot, Mies
Sex is niet vies, ben je helemaal betoeterd
Sex is niet vies, de hele wereld doet ‘t
Sex is niet vies, maar speel ’t wel op save is mijn advies
(Randy Newman/B. Neijman)
Je bent mooi zoals je naast me ligt
Veel te mooi voor mij
In ’t schijnsel van ’t schemerlicht
Zo half op je zij
Onze kleren liggen door elkaar
Verspreid over de grond
Voor ‘t laatst streel ik je blonde haar
En kus je warme mond
Refrein:
Slaap maar, slaap maar
Niemand is mooier dan jij
Slaap maar, slaap maar
Droom maar iets liefs over mij
‘k Voel je adem op m’n schouderblad
Je ligt al op één oor
‘k Zal wel altijd willen blijven, schat
Maar ‘k moet er echt vandoor
En ik doof ’t licht
Ik doof ’t licht
Trek zachtjes op m’n tenen
De deur achter me dicht
Ik doof ’t licht
Refrein:
Slaap maar, slaap maar
Niemand is mooier dan jij
Slaap maar, slaap maar
Morgen is alles voorbij
Morgen is alles voorbij
(T. Eyk/B. Neijman)
Je kunt spellen op z’n Frans
Je kunt tellen op z’n Frans
Soixante-sept, soixante-huit, soixante-dix
Een madame en een monsieur
’n Paraplu voor als ’t pleu
Non de dieu (3x)
’s Zomers kijken naar de tour
Of zingen van l’amour
Net als Aznavour
Refrein:
Zing maar met me mee
Want zo leer je ook nog Frans
Zing ’n lied
Soixante-huit (2x)
Nee zo moeilijk is ’t niet
Denk maar aan Jacques Brel
Josephine in tijgervel
En je ziet
Soixante-huit (2x)
Wat de Franse taal je biedt
Zing maar met me mee
Oh la la, als Chevalier
Soixante-huit (3x)
Een goed wijnjaar van “Lafitte”
Je houdt toujours van l’amour
Au revoir et bonjour
C’est la vie
Soixante-huit (2x)
Verder ga ik lekker niet
Is het “le” of is het “la”
‘N “tutu” of ‘n “tuta”
Pas de deux (3x)
Zeg je wie, dan zeg je qui
Zeg je ja, dan zeg je oui
À Paris (3x)
Tegen “ei” zeggen ze “oeuf”
Tegen “love” zeggen ze “loeuv”
Net als soixante-sept
Refrein
(E. John/B. Taupin/B. Neijman)
Wat moet ik nu nog doen om jou te hou’en
We hebben alles samen al beleefd
Wat doe ik met m’n zelfvertrouwen
Sinds jij ’t met verwijten hebt doorzeefd
Probeer toch weer ’ns naar me te verlangen
En zet jouw jaloezie maar overboord
Of zeg: “Het spijt me”, dan is het over
Maar “sorry” is voor jou een moeilijk woord
Refrein (2x) :
Je bent bang! Te bang,
Bang om me gelijk te geven!
Heb je angst, dat ’t jouw ego stoort?
’t Is fijn, best fijn
Om een keer toe te geven
Kom, zeg ’t in m’n oor
Want sorry is toch niet zo’n moeilijk woord
Want moet ik nog doen om jou te houden
Ik zal mezelf verbeteren, accoord
We hebben beiden onze fouten
Fluister ’t in m’n oor
Zeg ’t maar in m’n oor
Is dat “sorry” nou zo’n vreselijk moeilijk woord
(G. Brooks/Blazy/R. Frank-Jacobi/B. Neijman)
Du denkst noch an ihm
Warum solltest du es leugnen
Ich lass’ dich ruhig schlafen
Mach das Licht aus
Morgen kommt ein neuer Tag
Ja ich weiss du möchtest gehen
Doch du kannst dich nicht entscheiden
Niemand kann dir dabei helfen
Aber eines ist für mich schon heute klar:
Refrein:
Später ist für uns zu spät
Es ist Freundschaft oder Liebe
Ich will wissen wo wir stehen
Es kann so nicht weitergehen
Ich geh’ langsam dabei drauf
Du weisst nicht genau wohin
Willst uns alle beide lieben
Doch mein Schatz so geht das nicht
Triff die Wahl entscheide dich
Denn später ist zu spät
Denn ich steh immer noch zu dir
Will es gern nochmal versuchen
Wenn’s drauf ankommt
Und die Richtung stimmt
Dann glaube mir
Kämpf’ ich immer noch um dich
Nimmst du ihm, verlierst du mich
Das solltest du doch wohl kapieren
Frag’ dein Herz wohin es geht
Für wen es schlägt
Sei für ihn oder für mich
Refrein
Bitte sag mir wo wir stehen
Wie soll’s mit uns weitergehen
Später ist für uns zu spät
(P. Skellern/B. Neijman)
Tot ’t oets nog zoewied komme zouw
En d’r is gêine weeg mie trok
Tot ’t oets veur us zoe loupe zouw
Iech gelûifde in e volmaak gelök
Nein, iech wél ’t neet acceptere
‘t Gêit m’ch aon m’n prijj
Is alles noe veurgood veurbijj?
Diech bis sterrek, iech bin zwaak
Diech höbs sjiet aon wat miech raak
Wat haols diech d’ch op d’n daak met häöm
Iech de kater, diech ’t hoes
Diech ’t baankstél, iech krijjg de blues
De waors zoe-wie-zoe
Altied te loes veur miech
Diech d’n auto (de plate), ich ‘ne pröl
Diech maaks vrun, iech flauweköl
Wat bin iech toch veur ‘ne sol gewees.…..gewees
Mie verstand zeet, ’t is veurbijj
Allêin me gans geveul zeet: nêin!
‘ch Zét nog êine kier m’n trots opzijj
Auch al höb iech e gemood vaan stêin
Kinne veer ’t neet opnuij probere
Want ’t geit m ‘ch aon m’n prijj
Is alles noe veurgood veurbijj?
(N. Sedaka/Greenfield/B. Neijman)
Steven
Jij kan het niet helpen dat je ziek bent
Schande
Niemand durft te komen aan je ziekbed
De hele wereld wijst je af
Jij ligt te wachten op je eind – je graf
Wacht maar op mij we strijden samen
Steven wees niet meer zo bang
Men heeft het weldra in bedwang
Ik zing en speel voor jou
Wijs naar de wereld uit jouw naam
Ik ben je vriend – ik ben je stem
Kom durf de strijd weer aan
Langzaam
Komt weer wat beweging in je vingers
Hardop!
Hoor ik mensen denken, wat een engerd
Kom op en trek ’t je niet aan
We zullen samen voor het leven staan
’t Leven van jou en and’ren
Steven wees toch niet zo bang
Men heeft het weldra in bedwang
Ik zing en speel voor jou
Wijs naar de wereld uit jouw naam
Ik ben je vriend – ik ben je stem
Kom durf de strijd weer aan
Steven wees toch niet zo bang
Men heeft het weldra in bedwang
Ik zing en speel voor jou
Wijs naar de wereld uit jouw naam
Ik ben je vriend – ik ben je stem
Kom durf de strijd weer aan
(A. Papadimitriou/Giannopoulou/B. Neijman)
Er lagen soldaten bij nachte
Ze verachtten de nacht in het veld
Ze hielden vol vertrouwen steeds de wachte
Ze hadden hun doden al geteld
Stille, stille nachten
Heilige gedachten
Makkers moe gestreden
Zinloos overleden
Stille vreemde machten
Die ’t bestand verachten
Jongens met granaten
Leren elkaar haten
Stille, stille nachten
Angstige gedachten
Vechters voor de vrede
Sterven zonder reden
Er liggen soldaten bij nachte
En ze sluimeren zacht in hun hel
De wereld zit vol spanning af te wachten
Wie sneuvelt wordt naamloos nooit een held
Stille, stille nachten
Heilige gedachten
Makkers moe gestreden
Zinloos overleden
Stille vreemde machten
Die ’t bestand verachten
Jongens met granaten
Leren elkaar haten
Stille, stille nachten
Angstige gedachten
Vechters voor de vrede
Sterven zonder reden
(L. Agel/E. Carrara/B. Neijman)
Op ’n avond ging zij in de stad
Naar een bar om te dansen
Maar toen zij werd gevraagd om ’n dans
Greep zij met knikkende knieën haar kans
Refrein:
Hij sleurde haar mee in de rondte
Z’n knoert harde arm om haar heen
Zij voelde geen vloer
Zijn blik van veloer
Keek donker en dwars door haar heen
Zij, die hem aanbad
Vond ‘m een kanjer, de stoot van de stad
Hij had nooit gedeugd
Ontnam met vreugd haar prille jeugd
En zo viel ze volkomen verblind
Voor de man van haar dromen
Met de onschuld en moed van ’n kind
Ging zij volledig met hem door ’t lint
Refrein:
Hij sleurde haar mee in de rondte
Z’n knoert harde arm om haar heen
Zij voelde geen vloer
Zijn blik van veloer
Keek donker en dwars door haar heen
Zij, die hem aanbad
Vond ‘m de kanjer, de stoot van de stad
Hij had nooit gedeugd
Ontnam met vreugd haar prille jeugd
Maar helaas kwam er zoals altijd
Weer een eind aan de liefde
Nadat zij met een kind was verblijd
Raakte ze hem mettertijd dus weer kwijt
Refrein:
Hij sleurde haar mee in de rondte
Z’n knoert harde arm om haar heen
Zij voelde geen vloer
Zijn blik van veloer
Keek donker en dwars door haar heen
Zij, die hem aanbad
Vond ‘m de kanjer, de stoot van de stad
Hij had nooit gedeugd
Ontnam met vreugd haar prille jeugd
Zij, die hem aanbad
Vond ‘m de kanjer, de stoot van de stad
Hij had nooit gedeugd
Ontnam met vreugd haar prille jeugd
Hij had nooit gedeugd
Ontnam met vreugd haar prille jeugd
(N. Ignatiadis/D. Latropoulos/B. Neijman)
’t Wordt nacht in de stad
En de straten zijn nat
Ik zie posters van jou overal
En ik denk aan ons twee
Wat er ooit is geweest
Maar het lijkt of ’t jou niets meer schelen kan
Refrein:
Superstar, superstar
Zo heb ik jou nooit gekend
Nu ken je mij niet meer
Ik herken jou niet meer
Blijf toch gewoon wie je bent
Superstar, superstar
Zo heb ik jou nooit gekend
Nu ken je mij niet meer
Ik herken jou niet meer
Blijf toch gewoon wie je bent
Superstar, superstar
Zo heb ik jou nooit gekend
Nu ken je mij niet meer
Ik herken jou niet meer
Blijf toch gewoon wie je bent
Maar de regen valt guur
Langs je hoofd aan de muur
Waar ik net voor een bui sta te schuilen
En je mooie gezicht
Lijkt verminkt in ’t licht
En je ogen
’t Is net of ze huilen
Superstar, superstar
Zo heb ik jou nooit gekend
Nu ken je mij niet meer
Ik herken jou niet meer
Blijf toch gewoon wie je bent
Superstar, superstar
Zo heb ik jou nooit gekend
Nu ken je mij niet meer
Ik herken jou niet meer
Blijf toch gewoon wie je bent
(N. Ignatiadis/D. Latropoulos/R. Frank Jacobi)
Es wird nacht in der Stadt
Und die Strassen sind leer
Ich seh’ posters von dir überall
Und ich denk’ an uns zwei
Und was früher mal war
Doch inzwischen ist dir das schon längst egal
Refrein:
Superstar, Superstar
So hab’ ich dich nicht gekannt
So wie ein Vogelnest
Hielt ich dich damals fest
Doch du fielst mir aus der Hand
Superstar, Superstar
Warum schaust du mich so an
In deinem fremden Blick
Find’ ich nichts mehr zurück
Von dem, was früher mal war
Superstar, Superstar
Wo bleibt dein Lächeln heut’ Nacht
Du siehst so traurig aus
Auf meinem Weg nach Haus’
Was hat man aus dir gemacht
Und der Regen, der wischt
Tränen in dein Gesicht
Es sieht fast aus, als wenn du nun weinst
Warum lachst du nicht mehr
Ist es wirklich so schwer
So erfolgreich einsam zu sein
Superstar, Superstar
So hab’ ich dich nicht gekannt
So wie ein Vogelnest
Hielt ich dich damals fest
Doch du fielst mir aus der Hand
Superstar, Superstar
Wo bleibt dein Lächeln heut’ Nacht
Du siehst so traurig aus
Auf meinem Weg nach Haus’
Was hat man aus dir gemacht
Superstar, Superstar, Superstar
T
(P. Natte/B. Neijman/F. Florisse)
Vreemd zijn de wegen
Die wij moeten gaan
Soms langs diepe ravijnen
Door donkere lanen
Vol kuilen en keien
We vallen en glijen
Om daarna weer strompelend
Verder te gaan
Hoog zijn de bergen
Die wij steeds beklimmen
We jagen vergeefs
Op illusies, op schimmen
Naar toppen, in dalen
We winnen, we falen
We reiken naar cosmos
Naar niets op den duur
Refrein:
’t Doel van ’t leven
Blijft steeds een mysterie
’t Is niet te doorgronden
Je komt elke keer weer die
Zinloosheid tegen
Want vreemd zijn God’s wegen
Ze leiden ons verder
Geen mens weet waarheen
Groot blijft het wonder
Het eeuwige zwijgen
En nooit zal de mens
Er ’n antwoord op krijgen
Op vragen, wie God is
Waarom dit ons lot is
Maar vragen is waanzin
En spelen met vuur
Refrein
Instrumentaal
Refrein
(H. Knip/B. Neijman)
©Papgayo Musikverlage Hans Gerig
Zien ’t die loewende klokke,
Dieste bèijere huurs?
Zien ’t de vakwerkhuiskes
Dieste heij en dao zuus
Zien ’t de krónk’lende peedsjes?
Is ’t m’n êige taol?
Of die Limburgse leuke leedsjes?
Ach, de wéts: ’t is ’t allemaol.
Want ’t heimwee numste mèt.
Woeste heim waors, vergitste neet.
Dao bestêit nog gein pel veur,
Gein heilzaam medicijn.
En mien hart dêit miech pijjn,
Vaan ’t heimwee nao Limburg allein.
Zien ’t die glooiende heuvels?
Is ’t de kleur vaan de kleij?
Of vaan ’t zand, de asperges,
Of vaan de Mookerheij?
Mis iech de smaak van ’t Êelske?
Of die rieke kanseltaol?
Of ’n keers in e klein kapelke?
Ach, de wéts: iech mis ’t allemaol
(Lang/Bachelet/B. Neijman)
Ik word zo langzaamaan doodziek
Van die eeuwige kritiek
Zo van: kijk hem, wat heeft ie aan
’t Zou z’n zuster beter staan
Als jij zwart zegt is ’t wit
Vind jij iets goed vinden ze ’t shit
En wat waar is is niet waar
Ze hebben altijd commentaar
’t Is altijd wat
’t Is altijd wat
Zeg jij A, dan is ’t B hé, hé, hé, hé (koor)
Zeg je ja, zeggen zij nee nee, nee, nee, nee
Ben je bi, dan ben je bah bah, bah, bah, bah, bah
Zeg je hi, zeggen ze hah hah, hah, hah, hah, hah
Als iets smal is is ’t breed
Maar het roest me aan m’n reet
Want ze vinden altijd wat
Ik heb m’n portie wel gehad
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat (koor)
Ben je te aardig, ben je ’n zak hah, hah, hah, hah
En zeg je niks heb je kouwe kak hah, hah, hah, hah (koor)
En als je lacht is ’t weer niet leuk neu, neu, neu, neu
Maar als je huilt liggen ze in ’n deuk
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat (koor)
Als je links bent zijn zij rechts hé, hé, hé, hé
En wat rechts is is averecht hé, hé, hé, hé (koor)
Zeg jij zus, dan is het zo o, o, o, o
Ben je anti, dan zijn zij pro o, o, o, o
Ach ze vinden altijd iets
Want het is alles of ’t is niets
Krijg toch ’t rambam allemaal
Horizontaal of vertikaal
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat (koor)
Altijd doe je ’t verkeerd O jee, jee, jee
’t Is nooit goed, hoe je ’t wendt of keert O nee, nee, nee (koor)
Is het ying, dan is het yang hah, hah, hah, hah
Dus ik ga gewoon m’n gang
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat
’t Is altijd wat, wat, wat
’t Is altijd wat (koor)
Ik ben ’t zat, zat, zat
Ontzettend zat
Ik ben ’t zat, zat, zat
Ontzettend zat (koor)
Ik lust wel wat, wat, wat
’n Hele krat
Ik lust wel wat, wat, wat
’n Hele krat (koor)
En daarna plat, plat, plat
Gewoonweg plat
En daarna plat, plat, plat
Gewoonweg plat (koor)
‘k Heb ’t gehad, had, had
Echt wel gehad
‘k Heb ’t gehad, had, had
Echt wel gehad (koor)
(J. Vallee/B. Neijman)
Gesproken tekst:
De mensen staan op en ieder gesprek verstomd
Als ’t Hoge Rechtshof de grote rechtszaal binnenkomt
De zitting begint, buiten sluit men de poort
Binnen de zwaar bewaakte muren wordt de liefde verhoord
En de liefde komt naar voren om plechtig haar eed af te leggen
U wordt beschuldigd van moord, hoort ze de aanklager zeggen
Van de meest vreselijke dingen betichten ze haar
Beken je schuld?
En de liefde zegt: ja
De verdediging spreekt: ieder woord raakt z’n doel
Heeft u dan nooit, mijne heren, ’n greintje liefde gevoeld
Is de liefde niet goed, heeft dan niemand gedacht
Dat de dood van die arme stumper
Alleen maar ’n ongeluk was?
Gezongen tekst:
En de liefde ze huilt
En de rechtbank die zwicht
Onder ’t masker verschuild
Zij, haar keihard gezicht
Daarom spreekt men haar vrij
Als ’n onschuldig kind
Eens te meer zijn ook zij
Door de liefde verblind
Gesproken tekst:
O nee, dat niet, Edelachtbare, klinkt een stem uit de zaal
Deze uitspraak is schandelijk, ’t proces ’n schandaal
De liefde is ’n serpent vol gif en venijn
Wie zo liegt en zo bedriegt die kan niet onschuldig zijn
Ze heeft me geruïneerd, m’n hele leven vergald
Alles wat ik had opgebouwd heeft ze in één klap verknald
Ik smeekte haar om wat liefde, maar ze lachte me uit
Ze trapte me op m’n ziel en nu, nu gaat ze vrijuit
Waar blijft dan jullie rechtvaardigheid, jullie met je huichelarij
Jullie weten niets van liefde en toch spreken jullie haar vrij
Met al haar hoerige manieren maakt ze iedereen kapot
Ze berooft de sterken van hun kracht en ze vliegt de zwakken naar de strot
Gezongen tekst:
Ik gaf zoveel om haar
Maar ze was zo gemeen
Na ’n goed half jaar
Stond ik plots’ling alleen
Kijk, waar kwam ik terecht
In de goot, inderdaad
Dus, begrijp als ik zeg
Dat ik de liefde…….haat
(Duman/Makhno/B. Neijman)
We zijn allemaal blind
Willen alles of niets
En gejaagd door de wind
Komt er niemand tot iets
In de hang naar succes
Willen we allemaal meer
Opgefokt als de pest
Gaan we danig te keer
Refrein:
We vergeten zo vaak
In de run van ’t bestaan
Dat er buiten onszelf
Nog iets anders bestaat
Iemand die om je geeft
Die gewoon van je houdt
Voor je ’t weet ben je oud
’t Wordt tijd dat je leeft
Jij daar op je kantoor
In je grote fabriek
Heeft dan niemand ’t door
Zijn we echt al zo ziek
De carriëre die telt
Meer de kost voor de baas
Als je zwemt in je geld
Is ’t meestal te laat
Refrein:
We vergeten zo vaak
In de run van ’t bestaan
Dat er buiten onszelf
Nog iets anders bestaat
Iemand die om je geeft
Die gewoon van je houdt
Voor je ’t weet ben je oud
’t Wordt tijd dat je leeft
Iemand die om je geeft
Die gewoon van je houdt
Voor je ’t weet ben je oud
’t Wordt tijd dat je leeft
(Kluger/Benny Neijman)
In Holland is altijd wel wat
’t Is koud, ’t is kil en ’t is nat
Ik ben het zo langzaamaan zat
Tabé
De mensen die zijn er zo moe
De koeien ze roepen steeds: boe
En zangers die weten niet hoe
Tabé
Refrein:
Ik wou dat ik er hier de brui aan kon geven
Hoela-la-la in de tropen leven
Lekker lui en languit in mijn hangmat dromen
Leven van zon en zee
De zee hier bij ons die is grauw
En iedereen vlucht van de kou
Maar hoe zeg ik Nederland nou
Tabé
In Holland kent niemand taboes
Van Tietjerkstradeel tot aan Goes
De meiden zijn vol in de bloes
Tabé
We zijn tolerant en gastvrij
Dat is niet van jou da’s van mij
Kijk hem daar dat zacht gekookt ei
Tabé
Refrein:
Ik wou dat ik er hier de brui aan kon geven
Hoela-la-la in de tropen leven
Lekker lui en languit in mijn hangmat dromen
Leven van zon en zee
De zee hier bij ons die is grauw
En iedereen vlucht voor de kou
Maar Holland hoe zeg ik jou nou
Tabé
Ha ha ha ha ha ha ha
Ha ha ha ha ha ha……….
(Richard Leigh/Layng Martine Jr.)
The greatest man I never knew
Lived just down the hall
And everyday we said hello
But never touched at all
He was in his paper
I was in my room
How was I to know
He thought I hung the moon
The greatest man I never knew
Came home late every night
He never had too much to say
Too much was on his mind
I never really knew him
And now it seems so sad
Everything he gave to us
Took all he had
Then the days turned to years
And the memories to black and white
He grew cold like an old winter wind
Blowing across my life
The greatest words I never heard
I guess I’ll never hear
The man I thought could never die
‘s Been dead almost a year
He was good at business
There was business left to do
He never said he loved me
Guess he thought I knew
(A. Butler/ J. Leiber/ G.F. Morton/ B. Neyman)
[Tijd]
Tijd?
Wie kan er nog omgaan met de tijd?
Tijd verdwijnt in rook en as
IJdele hoop op scherven glas
Heb ik ooit in liefde geloofd?
Oh ja…..in legio!
‘k Bedoel… het voelde zo
Maar er waren ook momenten van…
Soms had ik ook momenten van…
[Twijfel]
’n Déjà Vu?
Wie weet…
Ik? ’n Avonturier?
Misschien…
Of dit met jou het daglicht verdragen kan?
Waarom niet…
Maar maak je geen illusie
Maak je geen illusies
En geniet van het moment
Kom, zullen we gaan?
Instrumentaal
[Toekomst]
Onze toekomst?
Ach, het noodlot ligt nog zover in het verschiet
Als het zijn moet heeft het zo moeten zijn
En als het doodbloedt heelt de tijd opnieuw de pijn
Weet je nog die man die zong
Over die vrijgezel die nooit ging slapen?
Ga met me mee en ik laat je alle sterren zien
Maar alsjeblieft, maak je geen illusie
En probeer te genieten van het moment
Laten we alsjeblieft intens genieten
Van ieder gegeven moment!
(Jairo/B. Neijman)
Je bent ’n deel van deze aarde
Je voelt de warmte van de zon
Je zoekt de zin en ook de waarde
Je zoekt ’t hoe en ’t waarom
Je barst van liefde om te geven
Maar ja, waar moet je d’r mee heen
Want ook geluk duurt maar heel even
En voor je ’t weet sta je alleen
Toch maar alleen
Je neemt de vlucht voor je problemen
Je vlucht in drank tegen de pijn
Maar als de kater is verdwenen
Blijkt alles erger nog te zijn
Je stelt vertrouwen in de mensen
Ze torpederen ’t meteen
Je gaat ze haten en verwensen
En voor je ’t weet sta je alleen
Toch maar alleen
Maar toen kwam jij zomaar in m’n leven
‘k Had weer ’n thuis, ’n bed, ’n doel
Ik zag ’t moois van ’t leven
’n Nieuw begin, ’n warm gevoel
Jij leidt opnieuw je eigen leven
Ik leef weer net zoals voorheen
Want ieder mens staat in ’t leven
Tenslotte helemaal alleen
Toch maar alleen
(C. Kelly/B. Regan/B. Neijman)
Vroeger was tevreden zijn
Wat hagelslag op brood
De gaten in je sokken
Erwtensoep met varkenspoot
’n Kinderhand was gauw gevuld
Met ’n spek of zoute drop
Een hand vol knikkers
Het kon gewoon niet op
Refrein:
Toen
Bleven alle bomen groen
Toen
Was mijn wereld het plantsoen
Met gras en al
En mijn maatje was mijn bal
En mijn toekomst ’n visioen
Toen
Vroeger was gelukkig zijn
’n Stuiver, het moment
Van monopoly rijk te zijn
Een happy zonder end
Met eindeloze zomers
Lange winters in de sneeuw
En ganzenborden door de laatste eeuw
Refrein
Waar zijn
Waar bleven de jaren?
Wat bleef over van mijn kinderdromen?
Oud, pijn
Spijt en grijze haren
Weten dat ’t nooit meer terug zal komen
Refrein
(Stephan Sulke/Benny Neijman)
En Tommy is nog maar zo klein
Zoals de meeste kind’ren zijn
Hij heeft een speelgoed vliegmachien
Dat nog kan vliegen bovendien
Hij zou Ruud Gullit willen zijn
Een astronaut of een piloot
Hij wil naar zee als kapitein
Van een gigantisch grote boot
En Tommy is nog maar zo klein
Zoals de meeste kind’ren zijn
Hij stelt z’n vragen altijd weer
Waarom, waarvoor, waartoe, wanneer
Hoe komt de melk uit de koe
Heeft ’t heelal ook een begin
Waar gaan de dagen ’s nachts naar toe
Wat heeft ’t donker nou voor zin
En Tommy is nog maar zo klein
Maar anders dan de and’ren zijn
Hij heeft z’n vliegtuig stuk gegooid
Want een Ruud Gullit wordt ie nooit
Hij rolt z’n rolstoel naar ’t plein
Z’n vriendjes dollen met een bal
Hij volgt hun spel van langs de lijn
Dat zal zo zijn z’n leven lang
Is er een God die ons bevrijdt
Ik denk wat is rechtvaardigheid
Je hoort van liefde en moraal
Maar ’t is niet eerlijk allemaal
Waarom niet ik, maar waarom hij
Waarom geen ander, waarom hij
En m’n verstand begrijpt maar niet
Waarom de één en de ander niet
(I. Reidl/H. Engler/B. Neijman)
Donker is de tunnel
Nauw, benauwd en lang
Zenuwen verkrampen
Eindeloos de gang
Haast de hoop verloren
Nergens meer goed zicht
Aan ’t einde van de tunnel
Gloort een straaltje licht
Voortgedreven
Door een onbekende kracht
Daarna de gedachte
Dat het bijna is volbracht
Doorgaan, doorgaan
’t Licht komt naderbij
Dan opeens vrij ademen
Eindelijk weer vrij
Refrein:
Tranen van geluk
Van geluk
Kom je tot jezelf
Als alle spanning is gebroken
Tranen van geluk
Van geluk
Wat zichtbaar een verademing kan zijn
Zijn tranen van geluk
Vaak het noodlot tarten
En soms je ziel verkocht
En uit zelfmedelij’
Je heil in drank gezocht
Getwijfeld aan de mensheid
Dan liever maar alleen
Doorgaan weer uit lijfsbehoud
Dwars door alles heen
Steeds weer vechten
Bijna sterven in de strijd
Weten waar naar toe gaan
En toch de richting kwijt
Dan de eindstreep
Eindelijk gehaald
Doodgewoon weer ademen
Gelukkig niet gefaald
Refrein
(R. Whittaker/R.A. Webster/B. Neijman)
Wie e sjeep dat weurd gedreve nao z’n have
Nao jaore vaan lavere euver zie
Rijj iech weer door de straote vaan Blouwdörrep
M’n wange oonder ’t kippevel en wie!
Mer straks op de Atwie riechting ’t noorde
Veul ‘ch m’n traone branne achter ’t stuur
Want iech vergeet diech neet
In de sjemer veur d’n duuster
Bin ‘ch eve naor Blouwdörrep trök gewees
Nêin, iech vergeet diech neet
Eve kieke veur d’n duuster
Bin ‘ch stiekum in Blouwdörrep trök gewees
Allang veurbijj d’n Eindhovense roondweeg
Duij iech op m’ne pin en rijj te hel
Iech höb eve ’t geveul tot ‘ch terök vleeg
De zitting vaan de stool stêit in me vel
Bijj Utrech krijg iech door tot ‘ch geflits bin
’t Liefste zouw ‘ch kiere riechting Weert
Want iech vergeet diech neet
In de sjemer veur d’n duuster
Bin ‘ch eve naor Blouwdörrep trök gewees
Nêin, iech vergeet diech neet
Eve preuve veur d’n duuster
Bin ‘ch stiekum in Blouwdörrep trök gewees
Noe rijj ‘ch door de Soesterbergse straote
Och e dörrep met zoe’n zelfde, felle kleur
Es Blouwdörrep dat ‘ch vreug al höb verlaote
M’nen ooto stop vaanzellef veur m’n deur
Haos diezelfde deur es oet m’n jongesjaore
Die deur, die heet gelache en gejenk
Want iech vergeet diech neet
In de sjemer veur d’n duuster
Bin ‘ch eve naor Blouwdörrep trök gewees
Nêin, iech vergeet diech neet
Eve ruuke veur d’n duuster
Bin ‘ch stiekum in Blouwdörrep trök gewees
(Shawn Camp/Benita Hill/Sandy Mason)
I was feelin’ the blues
I was watching the news
When this fella came on the tv
He said I’m tellin’ you
That science has proven
That heartaches are healed by the sea
That got me goin’
Without even knowin’
I packed right up and drove down
Now I’m on a roll
And I swear to my soul
Tonight I’m gonna paint this town
Chorus:
So bring me two piña coladas
I want one for each hand
Let’s set sail with captain Morgan
Or we never leave dry land
Hey troubles I forget ‘em
I buried ‘em in the sand
Bring me two piña coladas
She said goodbye
To her good timin’ man
Oh now I’ve gotta say
That the wind and the waves
And the moon winkin’ down at me
Eases my mind
By leavin’ behind
The heartaches that love often brings
I’ve got a smile
That goes on for miles
With no inclination to roam
I’ve gotta say
That I think I’ve gotta stay
She said goodbye
To her good timin’ man
Chorus:
So bring me two piña coladas
I want one for each hand
Let’s set sail with captain Morgan
Or we never leave dry land
Hey troubles I forget ‘em
I buried ‘em in the sand
Bring me two piña coladas
She said goodbye
To her good timin’ man
U
(R. Frank-Jacobi)
Und sie weinen tausend Tränen
Alle Tränen die es noch zu weinen gibt
Frauen machtlos ohne Männer
Vor dem Haus, das nun in Schutt und Asche liegt
Und sie schreien hoch zum Himmel
Voll Verzweiflung, voller Wut und voller Angst
Und dann fällt ein Schuss im Dunkeln
Dann ist alles still eine Sekunde lang
Und ein Kind liegt auf dem Boden
Augen offen so, als sehe es noch die Welt
In der Hand hält es sein Spielzeug
Über ihm unendlich weit das Himmelszelt
Refrein:
Friede den findest du dort über den Sternen
Und Krieg ist dort unten wo Hass und Missgunst regiert
Wann werden Menschen aus Fehlern
Der Vergangenheit lernen
Und wer stoppt den Wahnsinn der Täglich
Noch immer geschieht
Und dann packen sie ihre Haben
Wissen nicht wohin der Weg sie führen wird
Und das Kind liegt dort begraben
Wo der Rest noch von der alte Kirche steht
Und sie schauen diesem Stückchen Erde
Das die Heimat einmal war noch lange nach
Und erinnern sich an Lieder
Die man früher sang, als alles Friedlich war
Refrein:
Friede den findest du dort über den Sternen
Und Krieg ist dort unten wo Hass und Missgunst regiert
Wann werden Menschen aus Fehlern
Der Vergangenheit lernen
Und wer stoppt den Wahnsinn der Täglich
Noch immer geschieht
Und ein Kind liegt dort im Boden
Augen offen so als sehe es noch die Welt
In der Hölle Sarajevos liegt ein Leben
Das schon heute nicht mehr zählt
(Y.J. Gilberts/S.C. Chauvier/B. Neijman)
Du hast geweint, du hast gebetet
Hast tausendmal das Glück verflucht
Und du hast dann am nächsten Morgen
Wieder einen neuen Weg gesucht
Ja du hast Briefe nicht gelesen
In denen stand Adieu ich geh !
So viele Wunden sind gewesen
Und tun auch heut’ noch manchmal Weh
Refrein:
Doch ewig ruft die Liebe
Und ewig brennt das Feuer
Dass man Sehnsucht nennt
Das Buch wird neu geschrieben
Sobald in deinen Augen
Dieses Feuer brennt
Dann spürst du wieder dieses Fieber
Und jeder Zweifel ist vorbei
Und du stehst wieder vor dem Spiegel
Für eine Sommerliebelei
Nur für das Lächeln eines Fremden
Der Morgenfrüh schon geht vielleicht
Vergessen sind die bittere Tränen
Für eine Hand voll Zärtlichkeit
Refrein:
Denn ewig ruft die Liebe
Und ewig brennt das Feuer
Dass man Sehnsucht nennt
Das Buch wird neu geschrieben
Sobald in deinen Augen
Dieses Feuer brennt
Ewig ruft die Liebe
Und ewig brennt das Feuer
Dass man Sehnsucht nennt
Das Buch wird neu geschrieben
Sobald in deinen Augen
Dieses Feuer wieder brennt
Ewig brennt das Feuer
Das grosse Abenteuer
Das man Liebe nennt
(R. Frank-Jacobi/G. Stellaard/B. Neijman)
Ich seh’ uns beide noch am Strand
Und du nahmst zärtlich meine Hand
Am Himmel stand der goldene Mond
Und ich spürte schon nach dir verlangen
Wir schauten beide auf das Meer
Uns’re Gedanken waren leer
Das Fieber liess uns keine Ruhe
Und wir waren im nu viel zu weit gegangen
Refrein:
Unter dem Baum im Paradies
Geht manches Feigenblatt verloren
Wilde Früchte schmecken süss
Besonders dann
Hat der Himmel sie verboten
Man nimmt sich oft so vieles vor
Und achtet auf die zehn Gebote
Selbst der Stärke wird mal schwach
Und merkt danach: wilde Früchte sind verboten
Dein Haar es war noch voller Sand
Ich sah den Ring an deiner Hand
Doch was geschehen war, war geschehen
Es war wunderschön, warum es bereuen
Refrein:
Unter dem Baum im Paradies
Geht manches Feigenblatt verloren
Wilde Früchte schmecken süss
Besonders dann
Hat der Himmel sie verboten
Man nimmt sich oft so vieles vor
Und achtet auf die zehn Gebote
Selbst der Stärke wird mal schwach
Und merkt danach: wilde Früchte sind verboten
Man nimmt sich oft so vieles vor
Und achtet auf die zehn Gebote
Selbst der Stärke wird mal schwach
Und merkt danach: wilde Früchte sind verboten
Unter dem Baum im Paradies………………..
WAAROM FLUISTER IK JOUW NAAM NOG
Copyright 2024 Benny Neyman